To hold the depth rod in the required position,
release the pressure from the adjustment knob.
Next, to ensure that the rod is firmly held in place,
it should be locked using fastening knob N (Fig.
4).
PRECISION ADJUSTMENT. If you wish to make
precision adjustments to the previously set
depth, simply turn adjustment knob O (Fig. 4). A
full turn of the knob moves the rod by 1 mm, with
a maximum distance of 5 mm. Each division in
the gauged fine-adjustment indicator P (Fig. 4)
represents an advance of 0.1 mm.
MAKING DEEP CUTS. To safely make cuts that
are too deep to be made with a single pass, we
recommend making several successive cuts
using the six 3-mm steps in the revolving depth
turret Q (Fig. 4).
Lower the machine until the cutting bit is level
with the surface on which the router is resting.
Use locking knob J (Fig. 3) to hold the machine in
this position. Loosen fastening knob N (Fig. 4),
then press down and turn adjustment knob L
(Fig. 4) until the depth rod presses against the
lower step of the revolving depth turret, using fine
adjustment if required. In this position, turn depth
indicator M (Fig. 4) until position zero matches
the reference mark. This will be the starting posi-
tion indicating the point at which the bit comes
into contact with the material. Hold the rod in
place with knob N (Fig. 4), release the locking
knob J (Fig. 3) and leave the machine in the off
position.
Loosen fastening knob N (Fig. 4), then press
down and turn adjustment knob L (Fig. 4),
moving the adjustment rod K (Fig. 4) upwards to
the required cut depth. Then use knob N once
again to turn turret Q (Fig. 4) until the highest
step is below rod K (Fig. 4). Make the first cut on
the material. Turn the turret Q to the next step
and then make another cut, and so on until the
required depth is obtained when the bottom step
is reached.
9. LOCKING THE ROUTING DEPTH
To carry out several repetitive jobs in which the
router depth is always the same, it may be useful
to prevent the head from being released by acci-
dentally moving the locking knob J (Fig. 3). This
may be done by inserting two M8 nuts R (Fig. 3)
in the threaded shaft, one above and one below
the head body. This locks the head at any point
along its depth setting.
WARNING! When working with the router depth
locked, the tool will be permanently outside the
base surface. Therefore the following actions
must be taken:
- Wait until the machine has come to a complete
stop before setting it down on its base, on a flat
surface, with the cutting tool free.
- Remove nuts R (Fig. 3) to return to the normal
lock conditions using lever J (Fig. 3), once the job
is complete.
10. USE OF PARALLEL GUIDE
The parallel guide is used for trimming edges and
cutting slots of different shapes, depending on
the profile shape. Hard metal cutter bits are par-
ticularly useful for smoothing edges and lengthe-
ning the working life of the bits.
The parallel guide S (Fig. 6) is inserted in the
openings on the base T (Fig. 6) and is held in
place using the two knobs U (Fig. 6).
NORMAL SQUARE ADJUSTMENT – Loosen the
base knobs U (Fig. 6), move the square to the
required position and then tighten the knobs in
this position.
PRECISION ADJUSTMENT – Once the square
has been approximately positioned and held in
place, a further fine adjustment may be made. To
do this, loosen square fastening knob V (Fig. 6),
turn the adjustment knob W (Fig. 6) to the requi-
red measurement, then tighten the square faste-
ning knob V (Fig. 6) again in this position.Afull
turn of the knob moves the square by 1 mm, with
a maximum distance of 10 mm. The gauged fine-
adjustment indicator X (Fig. 6) can be moved
separately from the knob, so that it may be set to
zero from any position using the reference mark.
When turning the knob W (Fig. 6) again after
adjusting the indicator
X (Fig. 6), both elements will turn together, there
by indicating the degree to which the square has
been moved, with each division representing an
advance of 0.1 mm.
11. USE OF TEMPLATE GUIDES
The template guides are used for routing with a
wide variety of shapes. The chosen template
guide Y (Fig. 7) is held to the base T (Fig. 7) with
the two screws Z (Fig. 7). On making a copy, a
difference between the size ofthetemplate and
the routed part will appear. The differencebetwe-
en the radius ofthe template guide and the cut-
ting tool must always be taken into account when
making a template.
12. DUST COLLECTOR ATTACHMENT
To attach the dust collector connector A1 (Fig. 6),
7
maximum afstand van 55 mm.
Om de dieptestang in de vereiste positie te hou-
den, laat de druk van de instellingsknop los. Zorg
er daarna voor dat de stang stevig op zijn plaats
wordt gehouden, ze zou vergrendeld moeten
worden via de bevestigingsknop N (Fig. 4).
FIJNINSTELLING Indien u de eerder ingestelde
diepte fijn wilt afstellen, draai de instellingknop O
(Fig. 4). Een volledige draai van de knop verpla-
atst de stang met 1 mm, met een maximum
afstand van 5 mm. Elke verdeling op de geijkte
fijninstelling indicator P (Fig. 4) vertegenwoordigt
een voortgang van 0,1 mm.
DIEPE SNEDES MAKEN Om op veilige wijze
snedes te maken die te diep zijn om met een
enkele freesbeweging te maken, bevelen we aan
om verschillende opeenvolgende snedes te
maken via de zes 3 mm stappen in de draaidiep-
te revolverkop Q (Fig. 4).
Laat de machine zakken tot het freesbit waterpas
is met het oppervlak waarop de bovenfrees rust.
Gebruik de vergrendelknop J (Fig. 3) om de
machine in zijn positie te houden. Draai de beve-
stigingsknop N (Fig. 4) los, druk dan de instel-
knop L (Fig. 4) naar beneden en draai deze tot de
dieptestang drukt tegen de lagere stand van de
draaidiepte revolverkop, gebruik fijnafstelling
indien nodig. Draai de diepte-indicator M (Fig. 4)
tot positie zero overeenkomt met de referentie-
markering. Dit zal de startpositie zijn die 8 aange-
eft
het punt waarop het bit in contact komt met het
materiaal. Houd de stang op zijn plaats met knop
N (Fig. 4), laat de vergrendelknop J (Fig. 3) los
en laat de machine in de uit-positie staan. Draai
de bevestigingsknop N (Fig.) los, druk vervol-
gens instellingsknop L (Fig. 4) naar beneden en
draai deze zodat de instellingstang K (Fig. 4)
naar boven gaat naar de vereiste snijdiepte.
Gebruik dan knop N opnieuw om de revolverkop
Q (Fig. 4) te draaien tot de hoogste stand onder
stang K is (Fig. 4). Maak de eerste snede op het
materiaal. Draai dan revolverkop Q naar de vol-
gende stap en maak nog een snede enzovoort
tot de vereiste diepte bereikt is wanneer de
onderste stap bereikt is.
9. DE FREESDIEPTE VERGRENDELEN
Om verschillende jobs uit te voeren waarbij de
freesdiepte steeds dezelfde is, kan het nuttig zijn
om te verhinderen dat de kop wordt losgelaten
door per ongeluk de vergrendelknop J (Fig. 3) los
te laten. Dit kan worden gedaan door twee M8
moeren R (fig. 3) te plaatsen in de schacht met
schroefdraad, één boven en één onder het kop-
deel. Dit vergrendelt de kop op elk punt langs de
diepte-instelling.
WAARSCHUWING! Wanneer wordt gewerkt met
de freesdiepte vergrendeld, zal het gereedschap
permanent buiten het zooloppervlak zijn. Daarom
moeten de volgende maatregelen worden geno-
men:
- Wacht tot de machine volledig gestopt is voor u
deze op zijn zool neerzet op een vlak oppervlak
en met het freesgereedschap vrij.
- Verwijder de moeren R (Fig. 3) om terug te
keren naar normale vergrendelomstandigheden
met hendel J (Fig. 3), wanneer de job klaar is.
10. GEBRUIK VAN DE PARALLELAANSLAG
De parallelaanslag wordt gebruikt voor het trim-
men van randen en het frezen van sleuven van
verschillende vorm, afhankelijk van de profiel-
vorm. Freesbits in hardmetaal zijn bijzonder nut-
tig voor het afvlakken van randen en het verlen-
gen van de levensduur van de bits.
De parallelaanslag S (Fig. 6) wordt in de openin-
gen op de zool T (Fig. 6) geplaatst en op zijn pla-
ats gehouden middels twee knoppen U (Fig. 6).
NORMALE VIERKANTINSTELLING—Draai de
zoolknoppen U (Fig. 6) los, verplaats het vierkant
naar de vereiste positie en draai de knoppen vast
in deze positie.
FIJNINSTELLING – Wanneer het vierkant onge-
veer juist geplaatst werd en in positie wordt
gehouden, kan een verdere fijnafstelling worden
gemaakt. Draai hiervoor de vierkanten bevesti-
gingsknop V (Fig. 6) los, draai de instellingsknop
W (Fig. 6) naar de vereiste maat en draai dan de
vierkanten bevestigingsknop V (Fig. 6) terug
dicht in deze positie. Een volledige draai aan de
knop verplaatst het vierkant 1 mm, met een maxi-
mum afstand van 10 mm. De geijkte fijnafstelling
indicator X (Fig. 6) kan apart van de knop worden
verplaatst, zodat deze kan worden ingesteld op
zero vanuit elke positie via de referentiemarke-
ring. Wanneer knop W (Fig. 6) opnieuw wordt
gedraaid na het instellen van de indicator X (Fig.
6), zullen beide elementen samen draaien en zo
de mate aangeven waarin het vierkant werd ver-
plaatst, waarbij elke verdeling een voortgang van
0,1 mm vertegenwoordigt.
11. GEBRUIK VAN DE MALGELEIDERS
De malgeleiders worden gebruikt voor het frezen
met een groot gamma vormen. De gekozen mal-
geleider Y (Fig. 7) wordt aan de zool T (Fig. 7)
gehouden met twee schroeven Z (Fig. 7). Bij het
26