11
Gebruik van de palletwagen op de vrachtwagen
Beweeg de palletwagen langzaam en let goed op dat deze niet van de vrachtwagen valt.
Als de palletwagen niet wordt gebruikt, moet hij stevig worden vergrendeld.
Parkeren van de palletwagen
Wanneer men de palletwagen niet meer nodig heeft, dient deze op een veilige plek te
worden opgeborgen. Let hierbij op de volgende punten:
1.
Laat de vorken zakken tot de laagste positie.
2. Druk de noodstop in om het elektrisch circuit te onderbreken.
LET OP! Parkeer de palletwagen nooit met geheven last en parkeer de palletwagen nooit
op een helling!
Speciale functies
Hieronder staan drie speciale functies beschreven, welke in sommige (nood)gevallen
kunnen worden ingesteld. LET OP! Upright drive en Engineering mode mogen alleen
worden ingesteld in noodgevallen!
Upright drive
Engineering mode
Turtle speed
Indien men de palletwagen
klem heeft gereden, kan
men middels deze modus
de palletwagen verrijden.
Instellen: Druk de noodstop
(3, fig.6) in. Druk nu de
noodknop (C, fig.7) in en
houdt gelijktijdig de
rijhendel (A, fig.7) naar
voren gedrukt en
ontgrendel de noodstop (3,
fig.6). Nu kan men met de
bedienings-hendel in
rechte positie rijden.
Deze modus kan men
instellen wanneer men
onderhoud gaat plegen of
wanneer de accu bijvoor-
beeld bijna leeg is, de rem
wordt ontgrendeld zodat de
palletwagen manueel
verplaatst kan worden.
Instellen: Druk de noodstop
(3, fig.6) in. Houdt nu de
claxon (B, fig.8) ingedrukt
en ontgrendel de noodstop
(3, fig.7). De rem is nu
ontgrendeld.
Hiermee kan men de
snelheid van de
palletwagen naar beneden
aanpassen.
Instellen: Houdt de claxon
(B, fig.7) ingedrukt en
beweeg gelijktijdig de
rijhendel (A, fig.7) tweemaal
naar voren. De snelheid is
nu naar beneden
aangepast.
Bovenstaande instellingen kunnen worden gereset door de noodstop (3, fig.6) in te
drukken en vervolgens weer te ontgrendelen.