83 NEDERLANDS
8.
Bevestig het touw zodanig dat het gereed-
schap tijdens het vallen zich verwijdert van de
gebruiker.
Een gereedschappen dat valt zal aan
het touw slingeren, waardoor letsel kan worden
veroorzaakt of u uw evenwicht kunt verliezen.
9.
Gebruik niet nabij bewegende onderdelen of
draaiende machines.
Als u zich hier niet aan
houdt, kan dat leiden tot beknellingsgevaar of
verstrikkingsgevaar.
10.
Draag het gereedschap niet aan de bevesti-
gingsvoorziening of het touw.
11.
Verplaats het gereedschap uitsluitend tussen
uw handen terwijl u een goed evenwicht hebt.
12.
Bevestig een touw niet aan het gereedschap
op een manier waardoor schakelaars of de
trekkervergrendeling (indien aanwezig) niet
correct kunnen werken.
13.
Voorkom dat u verstrikt raakt in het touw.
14.
Houd het touw uit de buurt van het boorge-
deelte van het gereedschap.
15.
Gebruik een karabijnhaak met vergrende-
ling (multiactie- en schroefsluiting-type).
Gebruik geen enkelvoudige karabijnhaken met
veersluiting.
16.
Nadat een gereedschap is gevallen, moet
het worden gelabeld en buiten bedrijf wor-
den gesteld, en moet het worden geïnspec-
teerd door de Makita-fabriek of een erkend
servicecentrum.
Koppelbegrenzer
KENNISGEVING:
Schakel het gereedschap
onmiddellijk uit wanneer de koppelbegrenzer in
werking treedt.
Hiermee helpt u vroegtijdige slijtage
van het gereedschap te voorkomen.
KENNISGEVING:
Boren, zoals gatenzagen, die
gemakkelijk bekneld raken in het boorgat, mogen
niet worden gebruikt met dit gereedschap.
Dit
is omdat zij de koppelbegrenzer te vaak in werking
doen treden.
De koppelbegrenzer treedt in werking wanneer de
motor een bepaald koppel bereikt. De motor wordt dan
ontkoppeld van de uitgaande as. Wanneer dit gebeurt,
zal de boor ophouden met draaien.
Elektronische functies
Het gereedschap is uitgerust met elektronische functies
voor een eenvoudige bediening.
•
Elektrische rem
Dit gereedschap is voorzien van een elektrische
rem. Als het gereedschap continu niet snel stopt
met werken nadat de trekkerschakelaar is losge-
laten, laat u het gereedschap onderhouden door
een Makita-servicecentrum.
• Constant-toerentalregeling
De toerentalregelfunctie zorgt voor een constant
toerental ongeacht de belastingsomstandigheden.
• Actieve-terugkoppelingsdetectietechnologie
Als tijdens gebruik met het gereedschap wordt
gezwaaid met een vooraf bepaalde versnelling,
wordt de motor geforceerd gestopt om de belas-
ting op de pols te verminderen.
OPMERKING:
Deze functie werkt niet als de versnel-
ling niet het vooraf bepaalde niveau bereikt wanneer
met het gereedschap wordt gezwaaid.
OPMERKING:
Als tijdens beitelen, bikken of slopen met
het bit wordt gezwaaid met een vooraf bepaalde versnel-
ling, wordt de motor geforceerd gestopt. Laat in dat geval
de trekkerschakelaar los en knijp daarna de trekkerschake
-
laar weer in om het gereedschap weer te starten.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
Zijhandgreep (extra handgreep)
LET OP:
Gebruik altijd de zijhandgreep om
veilig te kunnen werken.
LET OP:
Na het aanbrengen of afstellen van
de zijhandgreep, verzekert u zich ervan dat de
zijhandgreep stevig is waarbij zijn uitsteeksels
volledig aangrijpen in de uitsparingen in het
tandwielhuis.
Om de zijhandgreep aan te brengen, volgt u de onder
-
staande stappen.
1.
Draai de vingerschroef op de zijhandgreep los. Breng ver
-
volgens de zijhandgreep aan over de nek van het tandwielhuis.
►
Fig.13:
1.
Zijhandgreep
2.
Vingerschroef
3.
Nek van
het tandwielhuis
4.
Uitsteeksel
5.
Uitsparing
De bevestigingsring kan groter gemaakt worden door de
vingerschroef omlaag te duwen zodat de ring gemakkelijk
en veilig aangrijpt rondom de nek van het tandwielhuis.
►
Fig.14:
1.
Vingerschroef
2.
Bevestigingsring
2.
Draai de vingerschroef vast om de handgreep
onder de gewenste hoek vast te zetten.
Smeren
Optioneel accessoire
Smeer het uiteinde van de schacht van de boor vooraf
in met een beetje vet (ong. 0,5 tot 1 gram).
Met een ingevette boorkop zal het gereedschap beter
werken en langer meegaan.
De boor aanbrengen en verwijderen
Reinig het uiteinde van de schacht van de boor en
smeer het met vet voordat u de boor aanbrengt.
►
Fig.15:
1.
Uiteinde van de schacht
2.
Smeren
Steek het uiteinde van de schacht van de boor in de spankop
en terwijl u de boor met de hand draait, duwt u hem verder in
de spankop zodat het uiteinde van de schacht goed past in de
opening van de spankop en de boor volledig wordt vergrendeld.
Nadat u de boor hebt aangebracht, probeert u hem
terug te trekken om er zeker van te zijn dat hij goed op
zijn plaats is vergrendeld.
►
Fig.16:
1.
Boor
2.
Spankop
Содержание 0088381754781
Страница 2: ...2 1 1 2 3 Fig 1 1 2 Fig 2 1 Fig 3 1 Fig 4 1 A B Fig 5 1 2 3 3 Fig 6 1 Fig 7 ...
Страница 3: ...3 1 Fig 8 1 2 3 5 4 Fig 9 1 2 3 Fig 10 Fig 11 1 2 3 Fig 12 1 2 3 4 5 Fig 13 ...
Страница 4: ...4 1 2 Fig 14 1 2 Fig 15 1 2 Fig 16 1 2 Fig 17 1 2 Fig 18 1 2 5 4 3 Fig 19 1 2 Fig 20 ...
Страница 5: ...5 2 1 3 Fig 21 1 2 Fig 22 1 2 Fig 23 1 2 3 4 Fig 24 1 3 2 Fig 25 1 2 Fig 26 1 Fig 27 ...
Страница 6: ...6 1 2 3 4 Fig 28 1 Fig 29 1 2 Fig 30 1 Fig 31 1 2 Fig 32 1 2 3 4 5 Fig 33 Fig 34 Fig 35 ...
Страница 7: ...7 Fig 36 1 2 Fig 37 1 2 Fig 38 1 Fig 39 1 2 Fig 40 Fig 41 Fig 42 Fig 43 ...
Страница 8: ...8 Fig 44 1 Fig 45 4 1 2 3 Fig 46 1 2 3 Fig 47 1 Fig 48 1 2 1 2 Fig 49 Fig 50 ...
Страница 9: ...9 1 Fig 51 1 2 Fig 52 1 Fig 53 1 Fig 54 1 2 1 2 Fig 55 1 Fig 56 ...
Страница 10: ...10 1 2 Fig 57 1 2 3 Fig 58 1 2 Fig 59 1 2 Fig 60 1 2 3 4 Fig 61 1 2 3 4 Fig 62 2 1 3 4 5 Fig 63 1 2 3 Fig 64 ...
Страница 174: ...174 ...
Страница 175: ...175 ...