14
Snelle installatie
BELANGRIJK!
Raadpleeg voordat u schijven aanschaft of installeert de hardwarecompatibiliteitslijst voor het px12-
netwerkopslagarray op
http://support.lenovoemc.com
voor goedgekeurde en ondersteunde merken en modellen van
vaste schijven en SSD’s.
Als u meerdere px12-apparaten hebt aangeschaft, moet u alle stappen van de installatie van het eerste apparaat
voltooien voordat u de andere apparaten installeert.
1. Zorg dat er ten minste één vaste schijf of SSD in het px12-apparaat is geïnstalleerd.
2. Gebruik de meegeleverde netwerkkabel om de px12 op een netwerkhub, -switch of -router aan te sluiten.
3. Sluit beide bijgeleverde netsnoeren aan op de netvoedingsaansluitingen achter op de px12 en een
noodvoeding (UPS). (Het gebruik van een UPS is raadzaam ter bescherming van uw px12 en uw gegevens.)
4. Schakel de px12 in.
5. Ga naar
http://setup.lenovoemc.com
om de installatie van uw px12 te starten.
Als u geen toegang hebt tot het installatiewebportal of uw apparaat daar niet wordt vermeld, kunt u de
installatieprocedure starten door de beheerinterface te openen, zoals hieronder beschreven.
Uw px12-netwerkopslagarray gebruiken
Uw px12 vinden binnen het netwerk
Met LenovoEMC
™
Storage Manager op uw clientcomputer kunt u ondersteunde LifeLine-opslagapparaten binnen
uw netwerk snel vinden en gebruiken. LenovoEMC Storage Manager is beschikbaar voor Windows
®
, Mac
®
en Linux
®
computers. Een eenvoudige versie van de client, LenovoEMC Storage Connector, is voorgeïnstalleerd op bepaalde
Lenovo-computers met Windows 7 en 8.1 en kan ook worden gedownload.
Als u ervoor kiest geen gebruik te maken van de LenovoEMC-clientsoftware, kunt u gedeelde mappen op uw px12
opzoeken en u daarbij aanmelden met behulp van het besturingssysteem van uw computer (bijvoorbeeld Windows
Explorer of Mac Finder). Raadpleeg de gebruikershandleiding voor meer informatie.
De beheerinterface starten
• Kies in de LenovoEMC-client de optie
Functies configureren
, de menuoptie
Beheren
of het
instellingenpictogram.
• Ga in Windows Verkenner naar
Netwerk
>
Overige Apparaten
en dubbelklik op de naam van het apparaat.
• Voer in een webbrowser het IP-adres of de modelnaam van het apparaat (bijvoorbeeld px12-450r of px12-400r)
in. Als u de modelnaam op een Mac wilt invoeren, voegt u
.local
toe achter de naam in de browser (bijvoorbeeld
px12-450r.local).
Voordat u het apparaat kunt beheren, moet u eerst de installatieprocedure doorlopen en u vervolgens aanmelden met
een geldige gebruikersnaam en wachtwoord met beheerrechten.
De px12 uitschakelen / Verbinding met het netwerk verbreken
U kunt de px12 ingeschakeld laten voor constant gebruik op het netwerk. Als u de verbinding met het netwerk wilt
verbreken, schakelt u het apparaat uit met de aan/uit-knop of via de optie voor afsluiten in de beheerconsole.
WAARSCHUWING:
verbreek de verbinding met dit apparaat of eventuele aangesloten opslagapparaten niet tijdens
gegevensoverdracht. Dit om gegevensverlies te voorkomen.
Een back-up maken van uw px12-netwerkopslag
Het is raadzaam regelmatig een back-up te maken van het materiaal dat is opgeslagen op uw px12 om te waarborgen
dat uw cruciale gegevens altijd veilig zijn. Raadpleeg de helpbestanden van de beheerconsole voor meer informatie
over het kopiëren van bestanden naar een andere netwerklocatie. U kunt ook gebruikmaken van back-upsoftware die
NAS-apparaten ondersteunt.
Gebruikershandleiding en ondersteuningsinformatie
Volledige instructies voor de px12 zijn te vinden in de online help. Daarnaast zijn een volledige gebruikershandleiding,
aanvullende configuratie-instructies, informatie over problemen oplossen en de recentste softwaredownloads voor de
px12 beschikbaar op de LenovoEMC-website op
http://support.lenovoemc.com
.