GLOBBER One K E-motion 23, Руководство пользователя, Страница: 51 / 86

ELECTRIC SCOO
TER
E-23
51
NEDERLANDS
3 - BEDIENINGSFUNCTIES
Functies van de display
Snelheidsteller
Temperatuurverklikker
Modus
Eenheid (KM of MPH)
Weergave van de fouten
Verklikker van het oplaadniveau van
de accu
Functieknop
On/Off-knop
Gashendel
Remhendel
- LCD-scherm
Bel
Functie on/off
Houd de On/Off-knop lang ingedrukt om het apparaat in/uit te schakelen.
Gas geven
Druk de gashendel rechts in om te starten en gas te geven.
Remmen
Druk op de remhendel links op het stuur om de schijfrem van het achterwiel in te schakelen. Door op de rem te drukken wordt
tegelijkertijd de elektromagnetische motorrem van het voorwiel geactiveerd.
Voor extra remkracht kunt u ook het achterspatbord met uw voet bedienen.
Instelling van de versnellingen
Druk kort op de functieknop voor het instellen van de versnelling, er zijn 3 modi beschikbaar.
Beginnersmodus:
het symbool "D" is niet zichtbaar op het scherm (Maximale snelheid: 10 km/u)
Normale modus: het symbool "D" wordt in het wit aangegeven op het scherm (Maximale snelheid: 15 km/u)
Sportmodus: het symbool "D" wordt in het rood aangegeven op het scherm (Maximale snelheid: 25 km/u)
Verlichting
Druk twee keer kort op de functieknop om zowel het voor- als het achterlicht aan te zetten.
Het achterlicht heeft een remlichtfunctie en werkt iedere keer dat de remhendel aan het stuur gebruikt wordt (ook wanneer
de lichten niet ingeschakeld zijn). Druk voor het doven van de verlichting opnieuw twee keer op de functieknop.
Let op. Als de elektrische step oververhit is (temperatuur van 80°C), gaat de temperatuurverklikker branden en
klinkt er een geluidssignaal (dit kan gebeuren bij een bovenmatig gebruik).
U moet dan de elektrische step niet meer gebruiken totdat de verklikker en het geluidssignaal doven. U kunt de
step ingeschakeld houden tot het einde van het signaal of deze op OFF zetten en vervolgens na enkele minuten
weer inschakelen.
4 - GEBRUIKSADVIEZEN / WAARSCHUWING
Voor en na ieder gebruik: alle aansluitingselementen verifiëren: de rem, het snelle blokkeersysteem van de stuurstand, de
assen van de wielen moeten goed geregeld en niet beschadigd zijn. Controleer ook de mate van slijtage van de banden.
Controleer de hoogteafstelling van het stuur, of de bouten goed zijn aangedraaid en of het stuur precies haaks staat t.o.v. het
voorwiel. Verifieer alvorens te beginnen of de standaard volledig is ingeklapt.
Verifieer tijdens het parkeren of de standaard goed uitgeklapt is, het apparaat moet op een vlakke ondergrond geplaatst