04/10
43
Préparation au vol
Voorbereiding van de vlucht
pulsion.
(25) Dans le même temps le voyant DEL (a) sur le gyro
clignote quelques secondes. Ce clignotement signale que le
circuit du gyro électronique est en train de s’auto-calibrer.
Ne pas bouger ni toucher l’hélicoptère pendant cette
opération!
Si le voyant LED est, de manière continue, de couleur rou-
ge, le calibrage est alors terminé, le gyro se trouve en mode
Heading Lock et le modèle est prêt au décollage.
Une fois le calibrage terminé, un signal sonore retentit.
Si le voyant LED s’arrête, le mode Heading Lock de l’émetteur
a été coupé (interrupteur basculant 2).
Aucun signal sonore ne retentit.
Contrôle du rayon d’action de la télécommande
Pour ne pas perdre le contrôle de votre hélicoptère, vérifiez
avant chaque démarrage ou après un crash, le fonctionnement
et le rayon d’action du dispositif RC. Le plateau cyclique doit être
en position neutre si les leviers Nick et Roulis sont en position
neutre. Si ce n’est pas le cas, corrigez la position à l’aide des
interrupteurs coulissant de compensation du canal de com-
mande correspondant de l’émetteur.
Eloignez-vous lentement de l’hélicoptère,
le moteur ne
tourne pas encore !
Actionnez dans l’ordre les leviers de télécommande Nick,
Roulis et Arrière et familiarisez-vous avec et observez les
réactions du modèle.
La commande RC fonctionne correctement,
lorsque le modèle réagit à celle-ci en terrain lib-
re, antenne non déployée, à une distance de 25-
30 m. Veillez à ce qu’aucun autre émetteur ne
soit activé pendant le test de fonctionnement.
Interrompez l’essai immédiatement, si la liai-
son radio est interrompue ou si le récepteur fait
exécuter au modèle des manœuvres incontrô-
lées.
Le dispositif RC fonctionne bien si l’hélicoptère
répond correctement au x signaux de la télé-
commande, à env. 30 mètres de distance. Ne
jamais piloter l’hélicoptère si la télécommande
ne fonctionne pas correctement ! Dans le meil-
leur des cas, seul l’hélicoptère sera endomma-
gé.
Contrôle des fonctions du régulateur de propulsion
Si le levier de gauche de la télécommande est poussé vers
l’avant, le moteur électrique doit se mettre en marche et sa
vitesse se régler sans paliers.
Théoriquement, le moteur ne doit pas jamais se mettre
en marche tant que le levier Gaz/Pas est encore dans sa
position la plus basse (position neutre)!
Si cela s’avère nécessaire corrigez la position neutre à l’aide
de l’interrupteur coulissant de compensation sur l’émetteur.
Poussez le levier de la télécommande vers l’avant.
La vitesse de rotation du moteur doit monter continuelle-
ment.
Contrôle du bon fonctionnement du gyro
Le gyro stabilise un sens de rotation permanent par rapport au
boîtier. Si le gyro est intégré de manière parallèle à l’un des trois
axes principaux de rotation du modèle, l’axe est stabilisé. Dans
un hélicoptère cet axe correspond à l’axe de lacet.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
(25) Gelijktijdig begint de LED op de gyro enkele seconden
te knipperen. Daarmee wordt aangegeven dat het schakelci-
rcuit van de elektronische gyro zich zelf kalibreert.
Gedurende deze tijd mag de helikopter niet meer bewo-
gen worden!
Wanneer de LED constant rood oplicht is de kalibratie beëin-
digd, bevindt de gyro zich in de Heading Lock Modus en is
het model klaar om te vliegen.
Na het einde van de kalibratie weerklinkt een akoestisch si-
gnaal.
Wanneer de LED uitgaat werd de Heading Lock Modus op
de zender (kipschakelaar 2) uitgeschakeld.
Er weerklinkt geen akoestisch signaal.
De reikwijdte van de afstandsbediening controleren
Om de controle over het model niet te verliezen moet u voor elke
eerste start of na een crash de werking en de reikwijdte van de
RC-installatie controleren.
In de neutrale positie van Nick en Roll moet ook de tuimelschijf
in de neutrale positie staan.
Is dit niet het geval dan corrigeert u de positie met de trimknup-
pels van het betreffende stuurkanaal op de zender.
Ga langzaam van het model weg, de motor loopt niet!
Activeer na elkaar de remote stuurknuppel Nick, Roll en
Staart en let daarbij op de reacties van het model.
De RC-installatie werkt correct wanneer het
model met uitgeschoven antenne in open ru-
imten op een afstand van ca. 25-30 nog goed
op de afstandsbediening reageert. Let er bij
het testen op, dat er geen andere zenders zijn
ingeschakeld. Onderbreek de test direct wan-
neer het zendsignaal onderbroken wordt en de
ontvanger van het model de besturing onge-
controleerd uitvoert.
De RC-installatie werkt perfect wanneer het mo-
del van op een afstand van ca. 30m nog correct
op de remote stuursignalen reageert.
Vlieg het model nooit met gebrekkig werken-
de remote sturing! In het gunstige geval wordt
„enkel“ het model beschadigd.
Functiecontrole van de vluchtregelaar
Wanneer u nu de linker remote stuurknuppel voorwaarts
bedient moet de elektrische motor aanlopen en moet het
toerental traploos geregeld kunnen worden.
De motor mag in de onderste positie (neutrale positie) van de
gas-/pitchknuppel nog niet aanlopen!
Indien nodig corrigeert u de neutrale positie met de trimknup-
pel op de zender.
Beweeg de remote stuurknuppel voorwaarts.
De draaisnelheid van de motor moet continu stijgen.
Functiecontrole van de gyro
De gyro stabiliseert een constante draairichting die betrekking
heeft op zijn behuizing. Wordt de gyro met deze draairichting
parallel tot een van de drie hoofddraaiassen in het model inge-
bouwd dan wordt deze as gestabiliseerd. In de helikopter is dit
de hoogas.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
