38
HANDLEIDING VOOR BOOGLASTOESTELLEN
BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING EN HET
BOEKJE MET DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
AANDACHTIG VOORDAT U HET LASTOESTEL
INSTALLEERT, GEBRUIKT OF ONDERHOUDT, EN
HOUDT DAARBIJ VOORAL REKENING MET DE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.
CONTACTEER UW VERDELER ALS U DEZE
INSTRUCTIES NIET VOLLEDIG BEGRIJPT.
1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Deze machine mag enkel om te lassen gebruikt worden. Het
mag niet worden gebruikt om pijpen te ontdooien. Het is ook
van essentieel belang om vooral aandacht te besteden aan
"DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN", de handleiding met
de veiligheidsvoorschriften. De symbolen naast bepaalde
paragrafen wijzen op punten waaraan u extra aandacht moet
besteden, die praktische raad geven of gewoon informatie
geven.
Deze HANDLEIDING en het boekje met de
"VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN" moeten zorgvuldig
bewaard worden op een plaats waar iedereen die bevoegd is
tot het gebruik van het toestel toegang tot heeft. In geval van
twijfel moet deze geraadpleegd worden, en bewaard worden
gedurende de volledige gebruiksduur van het toestel, deze
handleiding kan ook gebruikt worden als er
vervangingsonderdelen besteld moeten worden.
2 ALGEMENE OMSCHRIJVINGEN
2.1 SPECIFICATIES
Deze lasmachine is een constante stroombron die de
INVERTER technologie gebruikt, die ontworpen is om
beklede elektroden te lassen (uitgezonderd cellulose-
elektroden) en voor TIG procedures, met lift arc en om hoog
frequent te lassen
2.2 VERKLARING VAN DE TECHNISCHE SPECIFICATIES
DIE OP DE PLAAT VAN HET TOESTEL VERMELD
WORDEN.
N°.
Serienummer, dat in eender welke aanvraag in
verband met het lastoestel moet vermeld worden .
De driefasige statische omzetter die de
frequentie weergeeft van de transformator-
gelijkrichter
Dalend
kenmerk
MMA
Geschikt om te lassen met behandelde elektroden.
TIG
Geschikt voor TIG lassen.
U0. Secundaire
nullasspanning
X.
inschakelduur wordt gerekend op lascyclus van 10
minuten waarbinnen het lastoestel kan werken bij
een bepaalde buitentemperatuur zonder dat het
lastoestel in veiligheid gaat
I2. Lasstroom
U2.
Secondaire elektrische spanning met lasstroom I2
U1.
Driefase spanning 3- 50/60Hz 50- of 60-Hz
I1 max. Dit is de maximumwaarde van de opgenomen stroom
I1 eff. Dit is de maximumwaarde van de daadwerkelijk
opgenomen stroom,
IP23C De beschermingsgraad van het omhulsel , dat het
materiaal geschikt maakt voor gebruikt buitenshuis of in de
regen.
C:
De bijkomende letter C betekent dat u de delen
van het stroomcircuit die onder spanning staan niet kunt
aanraken met behulp van een sleutel (diameter 2,5 mm).
Geschikt voor gevaarlijke omgevingen.
NOTES: de lastoestellen zijn ook ontworpen voor gebruik in
een omgeving met een verontreiniginggraad van 3. (Zie IEC
664).
2.3. OMSCHRIJVING VAN DE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN
2.3.1. Thermische
bescherming
Deze machine is beschermd door een thermiek, die de
machine uitschakelt bij een te hoge temperatuur. In deze
omstandigheden blijft de ventilator werken en brand het het
rode indicatie(LED).
2.3.2. Block
protections
Dit lastoestel is uitgerust met meerdere
beschermingsapparaten die het toestel uitschakelen voordat
er schade optreedt.
Het lastoestel kan blijven werken binnen het volgende
spanningsbereik:
Voor gemeten spanning 208/220/230V, van 175 tot 270V
Voor gemeten spanning 400/440V, van 340 tot 490V
Opgelet: als de geleverde spanning niet tussen de
bovenvernoemde waarden valt, dan zal LED niet oplichten
en treedt de ventilator in werking.
Als de fases niet correct verbonden zijn, zullen 3 lichtpunten
verschijnen (die blijven branden) op het scherm
S
als het
toestel gestart wordt.
Als, met het toestel in werking, de spanning onder 175 V
komt te staan (U1 = 230V) of 340 V (U1 = 400V), verschijnt
de afkorting E3 op het scherm
S
.
Als, met het toestel in werking, de spanning boven 275 V
komt te staan(U1 = 230V) of 490 V (U1 = 400V), dan
verschijnt de afkorting E4 op het scherm
S
In dit geval zet u het toestel uit, stelt u de eigenlijke
spanning terug in en vervolgens moet u het toestel
heropstarten. Als het probleem opgelost is zal het lastoestel
opnieuw beginnen te werken.
Als, met het toestel werkende, het bericht E2 of E1
verschijnt op het scherm
S
, controleer dan de geleverde
spanning van het toestel; als die correct is, moet het toestel
een onderhoudsbeurt krijgen.
Als er aangegeven wordt dat waterpeil van het koelelement
laag is, dan verschijnt de afkorting H2O op het scherm
S
.
3. INSTALLATIE
Zorg ervoor dat de geleverde spanning overeenkomt met de
spanning die op de specificatieplaat van het lastoestel
aangeduid is
De hoeveelheid stroom die door de stroomschakelaar of de
zekeringen die in serie geïnstalleerd zijn met de geleverde
spanning moeten overeenkomen met de opgenomen stroom
I1 van het toestel.
WAARSCHUWING! Verlengdraden die langer zijn dan 30m
moeten een doorsnede hebben van minstens 2.5 mm2.
3.1 OPSTARTEN
Het toestel mag enkel door bevoegd personeel geïnstalleerd
worden. De aansluitingen moeten gemaakt worden in
overeenstemming met de huidige normen, en met volledige
inachtneming van veiligheidswetten (reglement CEI 26-10 -
CENELEC HD 427).