NL
Dometic Roadmate 230
Reiniging en onderhoud
81
11
Reiniging en onderhoud
Schakel het toestel uit voor de reiniging, en trek de stekker eruit.
Houd de binnenzijde van de magnetron schoon. Wis weggespat eten of
gemorste vloeistoffen op de wanden van de magnetron weg met een
vochtige doek. Gebruik een mild reinigingsmiddel, indien de magnetron
zeer vuil is. Vermijd gebruik van spray en andere scherpe reinigingsmid-
delen omdat deze vlekken, strepen of matte oppervlakken op de deur
kunnen veroorzaken.
De buitenvlakken moeten met een vochtige doek worden gereinigd. Om
beschadiging van de binnenonderdelen van de magnetron te voorkomen
mag het water niet direct in de ventilatieopeningen dringen.
Wis de deur en de vensters aan de zijkanten en aangrenzende delen
regelmatig schoon met een vochtige doek om vuil en spatten te verwijde-
ren. Gebruik geen schuurmiddelen.
Voorkom dat het bedieningsveld nat wordt. Reinig het met een zachte,
vochtige doek. Laat de deur open om de magnetron niet onbedoeld in te
schakelen.
Als zich vocht aan de binnen- of buitenzijde van de deur heeft verzameld,
maak deze dan droog met een zachte doek. Dit kan gebeuren als de mag-
netron onder zeer vochtige omstandigheden wordt gebruikt en is nor-
maal.
Soms moet de glazen schaal voor reiniging worden verwijderd. Was de
glazen schaal in een warme zeepoplossing of in de vaatwasmachine.
De magnetronbodem moet regelmatig worden gereinigd om geluiden te
vermijden. Wis de onderzijde van de magnetron af met een mild reini-
gingsmiddel.
Geurtjes in de magnetron kunnen door glas water met de sap en de schil
van een citroen worden verwijderd. Vul dit in een diepe houder die is
geschikt is voor gebruik in magnetrons, en schakel de magnetron 5 minu-
ten in. Droog de magnetron grondig met een zachte doek.
Raadpleeg een vakhandelaar, als de magnetronlamp moet worden ver-
vangen.
De magnetron moet regelmatig worden gereinigd en alle levensmiddelen
worden verwijderd. Als het toestel niet schoon wordt gehouden, kan dit
leiden tot verslechtering van de oppervlakken en verkorting van de
levensduur.