NEDERL
ANDS
5 6
5 6
Stabiliserende
5 6
Sneeuw
5 6
Normaal
Zware sneeuwval
3 4
3 4
3 4
3 4
Positie
1
Positie
2
Positie
3
Positie
4
3
2
0
1.0m
2.0m
1.0m
1
8
2
7
3
6
4 5
0
1.0m
1.0m
2.0m
3.0m
2.8m
2.6m
2.4m
2.2m
2.0m
1.0m
3.0m
2.8m
2.6m
2.4m
2.2m
2.0m
1.0m
1
8
2
7
3
6
4 5
0
1.0m
1.0m
3.0m
2.8m
2.6m
2.4m
2.2m
2.0m
1.0m
1
2 3 4
8
7
6
5
Afstellen van de breedte van
het detectiebereik.
Patroon bij instelling op 7°
naar rechts
Patroon bij instelling op 7°
naar links
Standaardpatroon
1
AFSTELLING
Opmerking
Kies een patroon dat overeenkomt met het daadwerkelijke verkeer. Als u bijvoorbeeld de stralenbundels aan de
zijkanten uitschakelt, maar er toch veel mensen van die kant komen, zal de deur telkens te laat open gaan.
: Uitschakelbaar
: Uitschakelbaar
: Uitschakelbaar
Stel de instelschroeven
voor de breedte van het
detectiebereik af.
Instellen van de breedtehoek
Links of Rechts : tussen 0° t/m
7° (3,5° per klik)
Naar links
Alle
stralenbundels
inschakelen
Uitschakelen
1 2 7 8
7 8
1 2
Uitschakelen Uitschakelen
Naar rechts
Stel de gewenste stralenrijen in
met de dipschakelaars 7 & 8.
Patroon bij instelling op 4°
verder weg (naar buiten)
Patroon bij instelling op -4°
dichterbij (naar binnen)
Standaardpatroon
0m
1.0m
2.0m
1.0m
2.0m
2.2m
2.4m
2.6m
2.8m
3.0m
0m
1.0m
2.0m
1.0m
2.0m
2.2m
2.4m
2.6m
2.8m
3.0m
0m
1.0m
2.0m
1.0m
2.0m
2.2m
2.4m
2.6m
2.8m
3.0m
0m
1.0m
2.0m
1.0m
2.0m
2.2m
2.4m
2.6m
2.8m
3.0m
Instellen van de diepte van het
detectiebereik
7 8
4 RIJEN
3 RIJEN
2 RIJEN
1 RIJ
7 8
7 8
7 8
: Uitschakelbaar
: Uitschakelbaar
: Uitschakelbaar
1
e
2
e
3
e
4
e
1 2
1 2
15sec.
1 2
180sec.
1 2
2sec.
1 2 3 4 5 6 7 8
ON
L M H
L M H
Instellen van de gevoeligheid en de dipschakelaars
Gevoeligheidsinstelling
Dipschakelaars
Instellen van de
gevoeligheid
De normale instelling is “M”.
Kies “H” voor een hogere gevoeligheid en “L” voor een
lagere gevoeligheid.
Instellen van de
aanwezigheidstimer
De 1e en 2e stralenrij vanaf de deur zorgen voor de
aanwezigheidsdetectie.
(1) Selecteer de aanwezigheidsdetectie-tijd.
(2) Zet de stroom uit en weer aan. Anders kan de deur open
blijven staan gedurende de ingestelde tijd voor de
aanwezigheidsdetectie.
(3) Nadat u gecontroleerd heeft of de deur inderdaad dicht
gaat, moet u 10 seconden wachten voor u het
detectiebereik binnengaat om de aanwezigheidstimer in te
stellen.
Instellen van de frequentie
(voorkomen van interferentie)
Met de Dipschakelaars 3 en 4
kunt u vier verschillende
frequenties instellen.
Opmerking
Wanneer er twee of meer van dit soort sensors dicht bij elkaar in
de buurt worden gebruikt, is het mogelijk dat ze elkaar gaan storen.
Verander in dat geval de frequentie om interferentie te voorkomen.
Instellen van de sneeuwfunctie
Gebruik de Dipschakelaars 5 en
6 als de sensor wordt gebruikt in
een gebied met veel sneeuw of
veel insecten.
Instellen van de hoek van
de stralenrijen tussen -4°
t/m 4° (1° per klik)
Dichterbij
(naar binnen)
Opmerking
Kies een patroon dat overeenkomt met het daadwerkelijke verkeer. Als u bijvoorbeeld de stralenrijen verder bij de
deur vandaan uitschakelt, maar er toch veel mensen recht van voren komen, zal de deur telkens te laat open gaan.
Verder weg
(naar buiten)
1
e
2
e
3
e
4
e
1
e
2
e
3
e
4
e