WEERGAVE
41
Nl
B
A
SI
SBE
D
IE
NIN
G
Nederlands
1
Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
y
• U kunt dit toestel bedienen door middel van de grafische
gebruikersinterface (Graphical User Interface; GUI)
menuschermen. Zie bladzijde 44 voor details.
• U kunt de verkorte weergave van meldingen op het
beeldscherm aan of uit zetten. Zie bladzijde 87 voor
details.
2
Verdraai
C
INPUT
(of zet de schakelaar voor
de bedieningsfunctie op
D
AMP
en druk op
één van de ingangskeuzetoetsen (
1
)) om de
gewenste signaalbron te selecteren.
De naam van de geselecteerde signaalbron wordt een
paar seconden lang op het display op het voorpaneel
en als verkorte melding getoond.
3
Start de weergave op de geselecteerde
broncomponent of stem af op een zender.
• Raadpleeg de handleiding van de betreffende
component.
• Zie bladzijde 53 voor details omtrent het
afstemmen (FM/AM).
• Zie bladzijde 59 voor details over het gebruiken
van een iPod met dit toestel.
• Zie bladzijde 61 voor details omtrent weergave van
Internet radioprogramma’s en muziek die is
opgeslagen op een PC of op USB
geheugenapparaten.
4
Verdraai
R
VOLUME
(of druk op
C
/–
)
om het volume op het gewenste niveau in te stellen.
Instelbereik: Mute, –80,0 dB (minimum) t/m
+16,5 dB (maximum)
y
Zie bladzijde 52 voor het instellen van het uitgangsniveau
van elke luidspreker.
5
Verdraai
O
PROGRAM
op het voorpaneel
(of druk herhaaldelijk op één van de toetsen
voor de geluidsveldprogramma’s (
O
)) om het
gewenste geluidsveldprogramma te
selecteren.
De naam van het geselecteerde
geluidsveldprogramma zal verschijnen op het display
op het voorpaneel en op het display voor de verkorte
meldingen. Zie bladzijde 45 voor details omtrent
geluidsveldprogramma’s.
Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden
geselecteerd wanneer de component die is verbonden met de
MULTI CH INPUT aansluitingen is geselecteerd als
signaalbron (zie bladzijde 42).
y
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak,
niet alleen op basis van de naam van het programma.
• Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het
toestel automatisch het laatst met die signaalbron
gebruikte geluidsveldprogramma instellen.
Weergave
Let op
U moet zeer voorzichtig zijn wanneer u DTS
gecodeerde CD’s gaat afspelen. Als u een DTS
gecodeerde CD afspeelt op een CD-speler die niet
geschikt is voor DTS-weergave, zult u alleen een
ongewenst geruis of lawaai horen dat zelfs uw
luidsprekers kan beschadigen. Controleer of uw
CD-speler geschikt is voor DTS gecodeerde CD’s.
Controleer ook het geluidsniveau van uw CD-speler
voor u een DTS gecodeerde CD gaat afspelen.
y
Om DTS gecodeerde CD’s weer te kunnen geven bij gebruik
van een digitale audioverbinding, moet u voor de weergave
begint “Decoder Mode” in het “Input Select” instellen op
“DTS” (zie bladzijde 79).
Voor u de volgende handelingen uit gaat voeren, moet u op de
afstandsbediening de schakelaar voor de bedieningsfunctie op
D
AMP zetten.
Basisprocedure
CD-R
CD
PHONO
MULTI CH
TUNER
MD/TAPE
BD/HD DVD
DVD
DVR
DTV/CBL
VCR
V-AUX
NET/USB
D V D
Op dit moment geselecteerde signaalbron
Beschikbare signaalbronnen
Opmerking
M o v i e
S c i - F i
Op dit moment geselecteerde geluidsveldprogramma
Op dit moment geselecteerde
geluidsveldprogrammacategorie