De automatisc
he begeleidingsstijlen gebruiken, cre
ëren en bewerken
Style Creator
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
108
Realtime Recording (BASIC)
Een enkele stijl maken door de afzonderlijke kanalen een voor een op te nemen,
met gebruikmaking van realtime opname.
Karakteristieken van realtime opname
• Loop Recording (lusopname)
Bij het afspelen van stijl worden de ritmepatronen van verscheidene maten
herhaald in een 'loop' (lus). Het opnemen van stijl vindt tevens plaats met lussen.
Als u bijvoorbeeld start met het opnemen van een MAIN-sectie van twee maten,
worden de twee maten herhaaldelijk opgenomen. Opgenomen noten zullen
worden teruggespeeld bij de volgende herhaling (loop), waardoor u opneemt
terwijl u het reeds opgenomen materiaal terughoort.
• Overdub Recording (overdub opname)
Bij deze methode wordt nieuw materiaal opgenomen op een kanaal dat reeds
data bevat, zonder dat de reeds aanwezige data worden gewist. Bij opname van
stijl worden de opgenomen data niet gewist, behalve als u functies zoals Rhythm
Clear (pagina 110) of Delete (pagina 109) gebruikt. Als u bijvoorbeeld start met
het opnemen van een MAIN-sectie van twee maten, worden de twee maten vele
malen herhaald. Opgenomen noten spelen bij de volgende herhaling al af,
waardoor u nieuw materiaal kunt 'overdubben' (toevoegen) aan de loop, terwijl
u het reeds opgenomen materiaal hoort.
Wanneer u een stijl maakt die is gebaseerd op een bestaande interne stijl, wordt
overdub opname alleen toegepast op de ritmekanalen. Bij alle andere kanalen
(behalve ritme), moet u de oorspronkelijke data wissen voor het opnemen.
Bij het gebruik van realtime opname op basis van de interne stijlen:
1
Selecteer de stijl die u wilt gebruiken als de basis voor het opnemen/
bewerken (pagina 45).
Wanneer u een geheel nieuwe stijl zelf maakt, drukt u op de knop [C]
(NEW STYLE) in de display die wordt getoond bij stap 5 hierna.
2
Druk op de knop [DIGITAL RECORDING].
3
Druk op de knop [B] om de display Style Creator op te roepen.
4
Selecteer de tab BASIC met de knoppen TAB [
√
][
®
].
5
Geef het op te nemen kanaal op door de knop [F] (REC CH) ingedrukt
te houden en gelijktijdig op de desbetreffende genummerde knop,
[1
†
†
†
†
]–[8
†
†
†
†
], te drukken.
Wanneer u kanalen BASS-PHR2
opneemt die zijn gebaseerd op
een interne stijl, moet u de
oorspronkelijke data wissen voor
het opnemen. Overdub opname
is niet mogelijk op kanalen
BASS-PHR2 (zie hiervoor).
Als de kanaalindicatie onderaan
in de display verdwijnt, kunt u
op de knop [F] (REC CH)
drukken om de indicatie
opnieuw weer te geven.
Overdub opname mogelijk.
Overdub opname niet mogelijk.
Wis de data voor het opnemen.