
HANDLEIDING
50
Stroommeting mA AC
• Selecteer meetbereik mA met draaischakelaar.
• Multimeter schakelt automatisch over naar mA AC-modus.
• Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode meetsnoer
op de mV Ω mA °C Hz
-aansluiting.
• Verbind meetlijnen met het testobject.
• Lees het meetresultaat af van het display.
Stroommeting mA DC
• Selecteer meetbereik mA met draaischakelaar.
• Druk op de „Select“-knop om de DC-modus te activeren.
• Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode meetsnoer
op de mV Ω mA °C Hz
-aansluiting.
• Verbind meetlijnen met het testobject.
• Lees het meetresultaat af van het display.
Stroommeting A AC
• Selecteer meetbereik A met draaischakelaar.
• Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode meetsnoer
op de 10A-aansluiting.
• Verbind meetlijnen met het testobject.
• Lees het meetresultaat af van het display.
Stroommeting A DC
• Selecteer meetbereik A met draaischakelaar.
• Druk op de „Select“-knop om de DC-modus te activeren.
• Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode meetsnoer
op de 10A-aansluiting.
• Verbind meetlijnen met het testobject.
• Lees het meetresultaat af van het display.
Onderhoud
Als het apparaat wordt gebruikt in overeenstemming met de gebruiksaanwijzing, is er
geen speciaal onderhoud nodig. Mochten er tijdens het dagelijks gebruik operatio-
nele problemen optreden, dan staat onze adviesdienst (tel.: +49 77-22 959-0) tot uw
beschikking.
Schoonmaak
Als het apparaat door dagelijks gebruik vuil is geworden, kan het worden gereinigd met
een vochtige doek en een mild huishoudelijk schoonmaakmiddel.
Voordat u begint met reinigen, moet u ervoor zorgen dat het apparaat is uitgeschakeld,
losgekoppeld van de externe voeding en van de andere aangesloten apparaten (bijv.
testobject, bedieningsapparaten, enz.).
Gebruik nooit agressieve schoonmaakmiddelen of oplosmiddelen. Na het reinigen mag
het apparaat pas worden gebruikt als het volledig droog is.
Kalibratie-interval
Het apparaat moet regelmatig worden gekalibreerd door onze serviceafdeling om de
gespecificeerde nauwkeurigheid van de meetresultaten te garanderen. We raden een
kalibratie-interval van twee jaar aan.
Batterijwissel
Voordat u de batterij vervangt, moet het apparaat worden losgekoppeld van
de aangesloten meetkabels. Alleen de in de technische gegevens vermelde
batterijen mogen worden gebruikt!
• Schakel het apparaat uit. Verwijder meetsnoeren.
• Draai de schroeven van het batterijdeksel aan de achterkant van het apparaat
los. Til de batterijklep op.
• Verwijder lege batterijen.
• Plaats nieuwe 1,5 V IEC LR03-batterijen.
• Plaats het batterijdeksel terug en draai de schroeven weer vast.
Denk hierbij ook aan ons milieu. Gooi gebruikte batterijen of accu‘s niet bij het normale
huisvuil, maar lever de batterijen in op de speciale vuilstortplaatsen of speciale afva-
linzamelingspunten. Batterijen kunnen meestal ook worden ingeleverd waar nieuwe
worden verkocht.
De geldende bepalingen met betrekking tot het inleveren, recyclen en afvoeren van
gebruikte batterijen en accu‘s moeten in acht worden genomen.
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, moeten de batterijen worden verwij-
derd. Als het apparaat is verontreinigd door lekkende batterijcellen, moet het apparaat
voor reiniging en controle naar de fabriek worden gestuurd.
Zekering vervangen
Voordat u de zekering vervangt, moet u ervoor zorgen dat de multimeter is los-
gekoppeld van de externe voeding en andere aangesloten instrumenten (zoals
TU Delft, enz.).
Gebruik alleen zekeringen met de onder „Technische gegevens“ vermelde span-
nings- en stroomwaarden. Het gebruik van geïmproviseerde zekeringen, met
name het kortsluiten van de zekeringhouders, is niet toegestaan en kan leiden
tot vernieling van het apparaat en ernstig letsel van de gebruiker.
• Schakel het apparaat uit. Koppel de meetsnoeren los.
• Draai de schroeven aan de achterkant van het apparaat los.
• Til het deksel van de behuizing op.
• Verwijder de defecte zekering.
• Nieuwe zekering plaatsen.
• Plaats het deksel van de behuizing terug en draai de schroeven weer vast.
Zekering (A): F 400 mA / 600 V, keramisch 6,3 x 32 mm
Zekering (A): F 10 A / 600 V, keramisch 6,3 x 32 mm