2
030310.03
Schroefasafdichting ‘ZWB60’
Inleiding
Deze Vetus schroefasafdichting, met binnenlager,
is voorzien van een
tweevoudige
asafdichting.
Om een goede asafdichting te waarborgen:
• Moet de schroefas een
maximale
dia-
meter-tolerantie hebben van: + 0,0 mm /
–-0,16-mm.
•
Is het noodzakelijk dat de schroefas gecen-
treerd in de schroefaskoker is opgesteld.
Breng de schroefas in lijn met de scheepsmotor
alvorens de schroefasafdichting aan te bren-
gen!
Het schroefastoerental mag de in de tabel vermel-
de waarde niet overschrijden.
Installatie
N.B. De nummers verwijzen naar de tekening-
nummers.
Algemeen
1
Het einde van de schroefaskoker waar de rub-
ber mof wordt aangebracht moet braamvrij,
vetvrij en schoon zijn. De vrije lengte van de
koker moet gelijk aan of groter zijn dan afme-
ting A uit de tabel.
De as moet krasvrij, braamvrij en schoon zijn,
in het bijzonder ter plaatse waar de as in het
zwevend lager en asafdichting komt. Ook het
einde van de as, een eventuele spiebaan of
gaten in de as moeten braamvrij zijn. De vrije
lengte van de as moet gelijk aan of groter zijn
dan afmeting B uit de tabel.
Zorg dat de schroefas in de schroefaskoker
geplaatst is.
Smering van de asafdichting
De smering en koeling van de asafdichting en van
het (de) eventuele rubber
lager(s)
wordt verzorgt
door buitenwater.
Voldoende toevoer van water, tijdens het draai-
en van de schroefas, is absoluut noodzakelijk!
De minimaal benodigde hoeveelheid water
bedraagt:
- schroefas ø 60 mm: 100 liter/uur
2
Het benodigde buitenwater kan worden toe-
gevoerd door middel van een aftakking in
het buitenkoelwatersysteem van de scheeps-
motor.
3
Indien een beluchter is geïnstalleerd (wate-
rinjectiepunt in de uitlaat ligt onder de
waterlijn of minder dan 15 cm boven de
waterlijn) maak dan de
aftakking in het bui-
tenkoelwatersysteem
van de motor
tussen
de buitenwaterpomp en de beluchter
en
niet tussen de beluchter en het waterinjectie-
punt.
4
Het benodigde buitenwater kan ook worden
toegevoerd via een aparte waterhapper met
afsluiter;
- schroefas ø 60 mm:
minimaal G 1/2
Plaats de waterhapper met de inlaatsleu-
ven naar voren zodat tijdens het varen vol-
doende water naar binnen wordt gestuwd,
de waterhapper mag de stroming van het
schroefwater niet verstoren.
De schroefasafdichting mag zowel onder als
boven de waterlijn worden geplaatst. Bij plaatsing
van de schroefasafdichting
boven de waterlijn
dient, om een goede toevoer van water te waar-
borgen, de watertoevoer bij voorkeur volgens tek.
2 te worden aangesloten.
5
Naast de smering van de asafdichting door
water moet tussen de twee afdichtlippen
van de asafdichting een smeermiddel (vet)
worden aangebracht.
Eindmontage
6
Plaats de rubber mof, met de 4 slangklem-
men, op de schroefaskoker. Schuif de rubber
mof niet verder op de koker dan afmeting
C uit de tabel!
7
Vet de schroefas, ter plaatse waar de as in het
zwevend lager en asafdichting komt, in.
Pas
uitsluitend
het meegeleverde vet toe!
Andere vetsoorten kunnen mogelijk de asaf-
dichting, de mof of het rubberlager aantas-
ten.
8
Plaats het binnenlager op de schroefas en
schuif het in de mof. Schroef de slangklem-
men vast (aanhaalmoment 4 à 5 Nm)
9
Breng over de spiebaan een stuk plakband
‘
A
’ aan. Dit voorkomt dat tijdens de montage
van de asafdichting op de as de afdichtlip-
pen beschadigt worden.
Beschadigingen aan de afdichtlippen lei-
den tot lekkage!
Vet de afdichtlippen van de asafdichting in.
Plaats de asafdichting op de schroef as, zorg
er voor dat de O-ring op zijn plaats zit en
monteer de asafdichting met de 3 schroeven
(aanhaalmoment 10 Nm)
.
10
A
Verwijder de schroef met de ring en vul
de ruimte voor ca. 50% met vet (ca. 1 à
2 cm
3
). Pas
uitsluitend
het meegeleverde
vet toe! Monteer de schroef en de ring,
aanhaalmoment ca. 5 Nm.
B
Monteer de slangpilaar, met een vloei-
baar afdichtmiddel, in het lagerhuis.
N.B.
Gebruik geen teflon tape!
11
Verbind de slangpilaar (de waterinlaat) door
middel van een slang, inw. diameter 12 mm,
met de watertoevoer. Monteer elke slang-
verbinding met 2 roestvaststalen slangklem-
men.
Na de tewaterlating
Controleer onmiddellijk na de tewaterlating de
asafdichting, de verbindingen van de rubber mof
en de slangverbindingen op lekkage.
Het kan noodzakelijk zijn eerst te ontluchten,
neem hiertoe de slang bij het binnenlager los tot
er water uitstroomd.
Open altijd de afsluiter (na de waterhapper) alvo-
rens te gaan varen.
Controleer tijdens het varen de asafdichting op
lekkage en op temperatuur. Een hoge tempera-
tuur duidt op te weinig water voor smering en
koeling!
Onderhoud
Voer iedere 200 draaiuren of tenminste éénmaal
per jaar als het schip uit het water is het volgende
onderhoud uit:
•
Neem de bouten los waarmee de asafdich-
ting op het binnenlager is gemonteerd.
•
Maak het loopvlak, van de afdichtlippen op
de as, schoon zodat deze vrij van vet, vuil en
aanslag zijn.
•
Controleer of de afdichtlippen onbeschadigt
zijn, indien beschadigt vervang dan de asaf-
dichting.
Art. code reserve asafdichting:
- ‘ZWB60RES’ voor schroefas ø 60 mm.
•
Vet de schroefas en de afdichtlippen in.
• Monteer de asafdichting terug op het bin-
nenlager, aanhaalmoment van de bouten ca.
10 Nm.
•
Vul de afdichting met nieuw vet, zie ‘Installatie’
punt 10 A.
•
Controleer onmiddellijk na de tewaterlating
de asafdichting en alle verbindingen op lekk-
age.
NEDERLANDS
D (in mm)
60
omw/min
1600