23
NL
Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker
qs
Weergavebron-keuzetoetsen
Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het
apparaat dat u wilt gebruiken.
Voor keuze van de
Drukt u op
Videorecorder
VIDEO
DVD of LD speler
DVD/LD
TV of satelliet-tuner
TV/SAT
Minidisc-recorder of
MD/TAPE
cassettedeck
Compact disc speler
CD
Ingebouwde tuner
TUNER
Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat
apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron.
• Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of
laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u
dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron.
qd
Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME)
Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan
deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen.
qf
Geluiddempingstoets (MUTING)
Druk hierop om de geluidsweergave te dempen.
MUTING verschijnt in het uitleesvenster wanneer het
geluid is onderdrukt.
qg
SOUND FIELD
Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor
weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere
bijzonderheden het hoofdstuk “Genieten van
Surround Sound akoestiek” vanaf blz. 24.
Decodeertoets/indicator (A.F.D.)
Druk deze toets in om de tuner/versterker
automatisch te laten waarnemen wat voor
geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste
decodering toe te passen (indien nodig).
Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE)
Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan
kiezen (zie blz. 25).
Stereo-weergavetoets/indicator (2CH)
Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en
rechter voorluidsprekers.
qh
Naamgevingstoets/indicator (NAME)
Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te
schakelen en namen in te voeren voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen
(zie blz. 41).
qj
Invoertoets (ENTER)
Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen
bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
qk
MENU +/– tonen-toets
Druk hierop om luidsprekerniveau en surround
parameters (enz.) in te stellen.
ql
MENU
/
tonen-toets
Druk hierop om luidsprekerniveau en surround
parameters (enz.) te kiezen.
w;
Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
• Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, produceren de
luidsprekers geen geluid.