12
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Als u een optioneel draagbaar audioapparaat
aansluit op de AUX-ingang (stereo mini-
aansluiting) van het apparaat en de bron
selecteert, kunt u via de luidsprekers in de auto
luisteren. Het volumeniveau kan worden
aangepast aan het verschil tussen het apparaat en
het draagbare audioapparaat. Voer de
onderstaande procedure uit:
Het draagbare audioapparaat
aansluiten
1
Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2
Zet het volume op het apparaat lager.
3
Sluit het apparaat aan.
*
Gebruik een rechte stekker.
Het volume aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1
Zet het volume op het apparaat lager.
2
Druk herhaaldelijk op
(SOURCE)
tot "AUX"
wordt weergegeven.
"AUX FRONT IN" wordt weergegeven.
3
Start het afspelen van het draagbare
audioapparaat met een gemiddeld volume.
4
Stel het volume op het apparaat in op het
niveau waar u normaal naar luistert.
5
Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot
"AUX" wordt weergegeven en draai de
volumeknop om het ingangsniveau aan te
passen (–8 dB tot +18 dB).
SUB/REAR
*
1
De audio-uitvoer wijzigen.
– "SUB-OUT" (
z
): het geluid via een subwoofer
weergeven.
– "REAR-OUT": het geluid via een versterker
weergeven.
DEMO
*
1
(demonstratie)
"DEMO-ON" (
z
) of "DEMO-OFF" instellen.
DIM
(dimmer)
De helderheid van het display regelen.
– "DIM-ON": om het display te dimmen.
– "DIM-OFF" (
z
): om de dimmer uit te
schakelen.
A.SCRL
(automatisch rollen)
Lange displayitems automatisch laten rollen als
de disc/track of het album wordt gewijzigd.
– "A.SCRL-ON" (
z
): om items te rollen.
– "A.SCRL-OFF": om items niet te rollen.
LOCAL
(lokale zoekfunctie)
– "LOCAL-ON": om alleen af te stemmen op
krachtige zenders.
– "LOCAL-OFF" (
z
): om af te stemmen met
normale ontvangst.
MONO
*
2
(monostand)
Als u een slechte FM-ontvangst wilt verbeteren,
selecteert u de mono-ontvangststand.
– "MONO-ON": om stereo-uitzendingen in
mono te horen.
– "MONO-OFF" (
z
): om stereo-uitzendingen in
stereo te horen.
REG
*
2
(regionaal)
"REG-ON" (
z
) of "REG-OFF" instellen
LPF
*
3
(laagdoorlaatfilter)
Hiermee selecteert u de kantelfrequentie van de
subwoofer: "LPF OFF" (
z
), "LPF125Hz" of
"LPF 78Hz".
BTM
*1
Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2
Als FM wordt ontvangen.
*3
Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB".
AUX
AUX
Verbindingskabel
*
(niet bijgeleverd)