30
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
*1
Als het systeem is uitgeschakeld.
*2
Als FM wordt ontvangen.
Optionele apparaten gebruiken
Extra audioapparatuur
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo mini-
aansluiting) op het systeem en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het systeem en het draagbare audioapparaat. Volg
de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1
Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2
Verlaag het volume op het systeem.
3
Sluit het draagbare audioapparaat aan.
*
Gebruik een rechte stekker.
CLOCK-ADJ
(klok aanpassen) (pagina 8)
CT
(kloktijd)
De CT-functie inschakelen: "ON", "OFF"
(pagina 19, 20).
BEEP
De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF".
AUX-A
*
1
(AUX-audio)
Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON",
"OFF" (pagina 30).
A.OFF
(automatisch uitschakelen)
Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd
wanneer het systeem is uitgeschakeld: "NO",
"30S" (seconden), "30M" (minuten), "60M"
(minuten).
MIC
*
1
(microfoon)
– "EXT": automatisch overschakelen naar de
externe microfoon wanneer deze wordt
aangesloten.
– "INT": alleen de interne microfoon selecteren.
DEMO
(demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF".
DIM
(dimmer)
De helderheid van het scherm wijzigen: "ON",
"OFF".
A.SCRL
(automatisch rollen)
Lange items automatisch laten rollen: "ON",
"OFF".
LOCAL
(lokale zoekfunctie)
– "ON": alleen afstemmen op zenders met sterke
signalen.
– "OFF": afstemmen met normale ontvangst.
MONO
*
2
(monostand)
Mono-ontvangststand selecteren om slechte
FM-ontvangst te verbeteren: "ON", "OFF".
REG
*
2
(regionaal)
De ontvangst beperken tot een specifieke regio:
"ON", "OFF" (pagina 20).
Z.TIME
(Zappin Time)
De afspeeltijd voor de ZAPPIN-functie
selecteren.
– "Z.TIME-1" (ongeveer 6 seconden), "Z.TIME-
2" (ongeveer 9 seconden), "Z.TIME-3"
(ongeveer 30 seconden).
LPF
(laagdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de subwoofer
selecteren: "OFF", "80Hz", "100Hz", "120Hz",
"140Hz", "160Hz".
LPF NORM/REV
(laagdoorlaatfilter normaal/
omgekeerd)
De fase van de subwoofer selecteren: "NORM",
"REV".
HPF
(hoogdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de voor-/
achterluidspreker selecteren: "OFF", "80Hz",
"100Hz", "120Hz", "140Hz", "160Hz".
LOUD
(loudness)
Hoge en lage tonen versterken voor helder
geluid bij lagere volumeniveaus: "ON", "OFF".
DM+
De DM+-functie inschakelen: "ON", "OFF".
BTM
BT INIT
*
1
(Bluetooth initialiseren) (pagina 28)
Aansluitkabel
*
(niet bijgeleverd)