Installeren en aansluiten
nl
107
Laden uitlijnen
U kunt de verskoelruimte en het vriesvak verticaal
uitlijnen:
1.
Lade tot aan de aanslag openen en lade eruit
nemen.
2.
Middelste schroeven aan beide zijden verwijderen.
– De schroeven dienen voor de fabrieksinstelling
van het vak. Schroeven afvoeren of bewaren.
3.
Bovenste schroeven aan beide zijden losdraaien.
4.
Lade optillen en onderste schroeven aan beide zij-
den verwijderen.
5.
Lade verticaal in de gewenste positie verstellen en
onderste schroeven in de aanwezige gaten schroe-
ven.
– De lade is 1/16 " (2 mm) naar boven en onderen
verstelbaar.
6.
Bovenste schroeven aan beide zijden opnieuw aan-
trekken.
7.
Om de positie te controleren, de lade sluiten en
indien nodig corrigeren.
U kunt de helling van de verskoelruimte en van het
vriesvak uitlijnen:
1.
Lade tot aan de aanslag openen en lade eruit
Energie besparen
Wanneer u de volgende aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom.
Aanwijzing:
De plaatsing van de uitrustingsonderdelen heeft geen invloed op het energieverbruik van het apparaat.
--------
Apparaat installeren
Apparaat niet blootstellen aan direct zonlicht.
Bij een lage omgevingstemperatuur hoeft het apparaat minder vaak te
koelen en verbruikt daardoor minder stroom.
Het apparaat zo ver mogelijk van radiatoren, fornuis en andere warm-
tebronnen plaatsen:
Naast elektrische of gasfornuizen: 3 cm
Naast een olie- en kolenfornuizen: 30 cm
Aanwijzing:
Als dat niet mogelijk is, een isolatieplaat aanbrengen tus-
sen het apparaat en de warmtebron.
Een opstelplaats met een binnentemperatuur van ca. 20 °C (68 °F)
kiezen
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt niet zo warm. Het
apparaat verbruikt minder stroom wanneer de warme lucht kan weg-
trekken.
De ruimte dagelijks ventileren.
Gebruik van het apparaat
Deur van het apparaat slechts kort openen.
De lucht in het apparaat wordt niet veel warmer. Het apparaat hoeft
minder vaak te koelen en verbruikt daardoor minder stroom.
Gekochte levensmiddelen in een koeltas transporteren en snel in het
apparaat leggen.
Warme gerechten en dranken eerst laten afkoelen, daarna in het
apparaat plaatsen.
Diepvrieswaren ter ontdooiing in het koelvak leggen, om de koude
van de diepvrieswaren te benutten.
Altijd wat ruimte openlaten tussen de levensmiddelen en de achter-
wand.
De lucht kan circuleren en de luchtvochtigheid blijft constant.Het
apparaat hoeft minder vaak te koelen en verbruikt daardoor minder
stroom.
Levensmiddelen luchtdicht verpakken.
Achterkant van het apparaat eenmaal per jaar schoon zuigen.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt niet zo warm. Het
apparaat verbruikt minder stroom wanneer de warme lucht kan weg-
trekken.
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
Verlichting uitschakelen
Helderheidsstand 0 instellen.