NL - 17
Druk op de sensorknop “
M
” tot u het
symbool Tijdsduur “
I>I
” ziet en “
AUTO
”
verschijnt op het beeldscherm. Stel
de gewenste bereidingstijd in met de
sensorknoppen “
+
” en “
-
” terwijl de timer
in deze positie staat. Druk dan op de
sensorknop “
M
” tot het symbool “
>|
”
verschijnt, het tijdstip van de dag en het
symbool Duur kooktijd gaan knipperen.
Stel het einde van de kooktijd in met de
knoppen “
+
” en “
-
” terwijl de timer in deze
positie staat. Na de aanpassing wacht u
tot de huidige tijd van de dag en “
>|
” op het
beeldscherm zichtbaar blijven.
De oven berekent de werkingstijd door de
kookperiode af te trekken van de ingestelde
eindtijd waarop hij stopt met werken. De
timer laat een signaal horen en “
AUTO
”
blijft knipperen. Druk op een timerknop om
het waarschuwingssignaal te stoppen en
druk op “
+
” en “
-
” tegelijkertijd om de modus
“
AUTO
” te verlaten.
Instellen van het geluid van de digitale
timer
Druk op de sensorknop “
-
” tot u een “biep”-
signaal hoort. Hierna weerklinkt telkens
u “
-
” indrukt een biep-signaal. Er zijn drie
verschillende signaalgeluiden. Selecteer
de gewenste toon en druk niet op andere
knoppen. Na een korte tijd is het gekozen
signaal opgeslagen.
Toetsvergrendelingsfunctie
De toetsvergrendeling is bedoeld
om ongewenste wijzigingen aan
de oveninstellingen te voorkomen.
Druk op “
+
” tot u het symbol voor
de toetsenvergrendeling ziet op het
beeldscherm. Om de toetsvergrendeling
te deactiveren, drukt u op de knop “
+
” tot
het symbool voor de toetsenvergrendeling
verdwenen is.
Terwijl de toetsenvergrendeling actief is,
kan enkel de hoofdschakelaar worden
gebruikt, alle andere knoppen zijn
vergrendeld.
Als er geen ovenactiviteit is gedurende 6
uur wanneer de oven in werking is, schakelt
het toestel zichzelf uit.
4.4.
Accessoires
Het EasyFix-draadrek
Reinig vóór het eerste gebruik de
accessoires grondig met warm water,
afwasmiddel en een zachte, schone doek.
T2
5
4
3
2
1
T1
•
Plaats het accessoire op de juiste plaats
in de oven.
•
Neem een afstand van minstens 1 cm
in acht tussen de ventilatorkap en de
accessoires.
•
Wees voorzichtig als u het kookgerei
en/of de accessoires uit de oven haalt.
Hete maaltijden of accessoires kunnen
brandwonden veroorzaken.
•
De accessoires kunnen vervormen
door hitte. Zodra deze afgekoeld zijn,
nemen deze hun oorspronkelijke vorm
weer aan en presteren deze weer als
voorheen.
• Trays en draadroosters kunnen op elk
niveau van 1 tot 5 geplaatst worden.
•
De telescopische rails kunnen geplaatst
worden op de niveaus T1, T2, 3, 4, 5.
•
Niveau 3 wordt aanbevolen voor
bereiding op één niveau.
•
Niveau T2 wordt aanbevolen
voor bereiding op één niveau met
telescopische rails.
•
Het rooster van het draaispit moet op
niveau 3 geplaatst worden.
•
Niveau T2 wordt gebruikt om het rooster
van het draaispit met telescopische rails
te plaatsen.
****De accessoires kunnen variëren
afhankelijk van het aangeschafte model.
Diepe bakplaat
De diepe bakplaat wordt gebruikt voor de
bereiding van stoofschotels.
U plaatst de bakplaat correct in de
ovenruimte door deze op een van de
roosters te zetten en hem helemaal naar
achter te duwen.