42
NEDERLANDS
Medisch hulpmiddel
BEOOGD GEBRUIK
Het hulpmiddel is bedoeld voor externe ondersteuning, stabilisatie en
bescherming van de knie
Indicaties voor gebruik
Voor knieaandoeningen die baat kunnen hebben bij een verbeterde voor-
achterwaartse en zijwaartse stabiliteit en bescherming, zoals letsels aan
de voorste of achterste kruisband of de mediale of laterale collaterale
band, rotatie-instabiliteit en gecombineerde instabiliteit.
Geen bekende contra-indicaties.
Waarschuwingen en meldingen:
• Het gebruik van het hulpmiddel kan het risico op diep-veneuze
trombose en longembolie verhogen.
ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
De medische-zorgverlener dient de patiënt te informeren over de inhoud
van dit document ten behoeve van het veilige gebruik van dit hulpmiddel.
Elk ernstig incident met betrekking tot het hulpmiddel moet worden
gemeld aan de fabrikant en de relevante autoriteiten.
De patiënt moet stoppen met het gebruik van het hulpmiddel en contact
opnemen met een professionele zorgverlener:
• bij verandering of verlies van de functionaliteit van het hulpmiddel of
als het hulpmiddel tekenen van beschadiging of slijtage vertoont die
de normale functies belemmeren;
• als er pijn, huidirritatie, overmatige druk of een ongewone reactie
optreedt bij het gebruik van het hulpmiddel.
Het hulpmiddel is uitsluitend bedoeld voor meervoudig gebruik door één
patiënt.
Er wordt niet gegarandeerd dat met dit hulpmiddel letsel wordt voorkomen.
PASINSTRUCTIES
Raadpleeg bij het uitvoeren van de volgende instructies de
overzichtsafbeelding voor het lokaliseren van de onderdelen die in de
tekst worden genoemd
(Afb. 1)
.
Hulpmiddel aanbrengen
Voor een goede werking van het hulpmiddel is het van essentieel belang
dat dit goed wordt aangebracht.
1. Buig uw been 90° terwijl u zit.
2. Maak alle vier de banden aan de zij- en buitenkant van het hulpmiddel
los
(Afb. 2)
.
3. Plaats het hulpmiddel zodanig op uw been dat de gele lijn op het
scharnier (A) zich iets boven het midden van de knieschijf bevindt. Dit
zorgt ervoor dat het hulpmiddel goed zit als u staat
(Afb. 3)
.
Opmerking:
gebruik een willekeurige combinatie van de meegeleverde
condyluskussentjes (B) om het hulpmiddel bij de knie breder of
smaller te maken
(Afb. 6)
.
4. Bevestig eerst de onderste kruisband (direct onder de knie). Deze
band helpt bij het creëren van brace-op-been-contact dat nodig is om
het hulpmiddel op zijn plaats te houden
(Afb. 4)
.
5. Zet vervolgens de onderste band (D) stevig vast
(Afb. 5)
.
Summary of Contents for CTI 3
Page 1: ...Instructions for Use CTI 3...
Page 3: ...3 4 1 2 3 A B E C D G I H F 1 2 3 4 5 6 7 8...
Page 4: ...4 9 10 11 12 13 14 A B 15 16 17 18 19 20...
Page 5: ...5 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31...
Page 34: ...34 ACL MCL LCL PCL 1 1 90 2 2 3 3 6 4 4 5 5...
Page 37: ...37 ssur...
Page 57: ...57 1 1 90 2 2 3 3 B 6 4 C 4 5 D 5...
Page 60: ...60 ssur...
Page 61: ...61 AP ML ACL MCL LCL PCL 1 1 1 90 2 4 2 3 A 3 B 6 4 C 4 5 D 5 6 E F 5 2 7...
Page 63: ...63 H 1 23 2 24 3 T20 25 4 I 1 26 2 27 3 28 4 29 5 30 6 31 1 80 2 ssur ssur...
Page 64: ...64 AP ML ACL MCL LCL PCL 1 1 90 2 2 3 A 3 B 6 4 C 4 5 D 5 6 E F 5 7 D D...
Page 66: ...66 I 1 26 2 27 3 28 4 29 5 30 6 31 1 80 2 ssur ssur...
Page 67: ...67 ACL MCL LCL PCL AP ML 1 1 90 2 4 2 3 A 3 B 6 4 C 4 5 D 5 6 E F 5...
Page 69: ...69 1 2 H 1 23 2 24 3 2 T20 Torx 25 4 I 1 26 2 27 3 28 4 29 5 30 6 31 1 80 2 ssur...
Page 70: ...70 ssur...
Page 78: ...78 ML AP MCL ACL PCL LCL 1 1 90 2 2 3 3 6 4 4 5 5 6 5 7 D D D D...
Page 80: ...80 5 30 6 31 1 80 2 ssur ssur...
Page 81: ...81 AP ML 1 1 90 2 2 3 3 6 4 4...
Page 84: ...84 ssur...