Lees deze montagevoorschriften aandachtig. Bij
verkeerde montage vervalt elke aanspraak op
garantie.
MONTAGE
1. Steek het frame (A,B en C) ineen. De hoogte is
regelbaar tussen 88 en 137 cm. Indien de gewenste
hoogte minder dan 116 cm is, dan moeten de bovenste
armen, zoveel als nodig, afgezaagd worden.
2. Maak de ondersteun (D) met de pennen (l) vast aan het
frame.
3. Bepaal de positie van het frame op het voertuig. De
zijkant van het frame moet minstens 60 cm van de rand
afblijven. De nummerplaat en de lichten mogen niet
afgedekt worden. Markeer de plaats waar de adaptierail
moet komen op de vensterrail.
BELANGRIJK: Verzeker u vooraf ervan dat de
ondergrond waarop het fietsenrek gemonteerd wordt,
voldoende stevig is. Indien nodig versterken.
4-5. Bovenaan kunt u kiezen tussen een bout- (fig.4) of een
schroefverbinding (fig. 5). Bevestig de adaptierail volgens
de gemaakte markeringen. Bij bevestiging met bouten,
gebruik, om te beletten dat de wand van het voertuig
ingedrukt wordt, de tegenplaatjes aan de binnenkant,
zoals aangegeven op fig. 4. Voor een waterdichte
montage, vul de geboorde gaten op met zuurvrije
siliconepasta. Om gemakkelijk te werken, schuif het
frame weer af van de armen.
6. Hang het frame op en teken de positie van de
ondersteun af op de wand. Let erop dat, onder de steun,
voldoende ruimte vrij blijft voor het opklaprek.
7. Neem het frame terug af, demonteer de ondersteun en
schuif de bevestigingsschroeven (b) met de boutplaatjes
(m) erin.
8. Bepaal de positie van de schroeven en boor gaten Ø6,5
in de wand. Opgelet de afstand tussen de gekoppelde
gaten bedraagt 50mm. Gebruik een tegenplaatje (f) als
boorkaliber. Voor een waterdichte montage, vul de
geboorde gaten op met zuurvrije siliconepasta.
9. Bevestig de ondersteun.
10. Hang het frame aan de bovensteunen.
11. Maak het frame onderaan vast aan de ondersteun.
12. Span de T-verbinding aan met een draaimoment van 2
tot 3 Nm.
13. Draai de zelfborende schroef (g) in het T-stuk.
14. Maak het rek (E) vast aan het frame.
15. Steek de ladderriemen (u) op de schuifblokjes van de
V-rails.
16. Maak de fietsklemmen (n en o) vast aan de dwarsbuis.
GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN
OPENEN EN DICHTKLAPPEN VAN HET FIETSENREK
- Zorg bij het openen van het fietsenrek ervoor dat de
klemmen onderaan goed rond de buis van het frame
geklikt zijn.
- Klap bij niet-gebruik het fietsenrek omhoog. Klips de
fietsenrekhouder (q) rond de buis van het fietsenrek en
die van het frame, zodat het rek niet kan openvallen (fig.
17).
BEVESTIGEN VAN DE FIETSEN
- Plaats de fietsen in wisselende richting op het rek.
- Plaats de zwaarste fiets het dichtst tegen het voertuig en
verdeel het gewicht over de verschillende rails.
- Indien nodig, kunnen de rails zijdelings verschoven
worden door de moeren onderaan wat te lossen en ze,
na het verschuiven, terug aan te spannen.
- Maak de wielen van de fiets vast met de ladderriemen
(fig. 18).
- Maak elke fiets vast met een fietsklem. De klemmen zijn
360° draaibaar. Span de riem goed aan (fig. 19).
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
- Maximum toegelaten belasting: 50 kg
- Bind de buitenste fiets met de bijgeleverde bindriem (p)
vast aan het frame. Borg de gesp met een extra knoop
(fig.20).
- Rijgedrag aanpassen aan de belasting, vooral in bochten
en op oneffen wegen.
- Kijk na enkele kilometers of het frame nog goed vasthangt
aan het voertuig, of het fietsenrek nog goed bevestigd is
aan het frame en of de fietsen nog goed vast staan op het
rek. Herhaal deze controle na een langere periode.
OPTIES
- Derde rail kit, art.nr. 60 0050 00.
- Kabelslot voor fietsklem (fig. 21), art.nr. 60 0041 00.
Lisez ces notices attentivement. Un montage ou
emploi fautif annule toutes les clauses de
garantie.
MONTAGE
1. Assemblez la base (A, B et C). La hauteur est réglable
entre 88 et 137 cm. Si la hauteur désirée est inférieure à
116 cm, il faut couper la partie supérieure autant qu’il
faut.
2. Attachez le support inférieur (D) à la base à l’aide des
goupilles (l).
3. Déterminez la postion de la base sur le véhicule. Le coté
de la base doit venir au moins à 60 cm du coté de la
voiture. Ne cachez pas la plaque d’immatriculation ni les
feux. Marquez l’endroit de la fixation supérieure.
IMPORTANT : Assurez-vous d’abord que la surface sur
laquelle le porte-vélos doit être fixé soit suffisemment
rigide. Sinon, veuillez la renforcer.
4-5. La fixation supérieure peut se faire avec des boulons
(fig. 4) ou des vis (fig. 5). Dans le cas d’une fixation à
boulons, utilisez les contre-plaques à l’intérieur afin
d’éviter l’enfoncement de la carrosserie du véhicule. Afin
d'obtenir un montage étanche à l'eau, utilisez une pâte de
silicone sans acide pour remplir les trous percés. Pour un
montage facile, décrochez l' Omnibike des bras
supérieurs.
6. Pendez la base au supports et marquez la position du
support inférieur sur le paroi. Faites attention à ce qu’il
reste, en dessous du support, assez d’espace libre pour
le support-vélos.
7. Enlevez la base, demontez le support inférieur et glissez
les boulons de fixations (b) avec les plaques de boulons
(m) dans le support.
8. Determinez la position des boulons et perçez des trous
Ø6,5 dans le paroi. Attention la distance entre les deux
trous couplés porte 50mm. Employez une contreplaque
(f) comme calibre. Afin d'obtenir un montage étanche à
l'eau, utilisez un epâte de silicone sans acide pour remplir
les trous percés.
9. Fixez le support inférieur.
10. Accrochez la base au supports supérieurs.
11. Fixez la base au support inférieur.
12. Serrez les raccords en forme de T avec une tension de
2 à 3 Nm.
13. Sécurisez le cadre avec les vis autoperçants (g).
14. Attachez le support-vélos (E) à la base.
OMNIBIKE SPORT W150
Thule nv - Kortrijkstraat 343 – BE 8930 Menen
BA 907-06
4-12-2008
Prod.nr. 18 8005 00
Summary of Contents for OMNIBIKE SPORT W150
Page 5: ...2 1 3 4 5 6 7 8 9 1...