Nederlands –
19
NL
Onderhoudsplan
(te overhandigen aan de eindgebruiker van S4BAR)
ONDERHOUDSREGISTER
Belangrijk
– Dit onderhoudsregister moet worden overhandigd aan de eigenaar van de automatisering, na het volledig te hebben ingevuld
In dit register moeten alle uitgevoerde onderhouds- en, reparatiewerkzaamheden en aangebrachte wijzigingen vermeld worden. Het register
moet bij iedere ingreep worden bijgewerkt en moet zorgvuldig bewaard worden zodat het altijd beschikbaar is voor inspectie door de bevoegde
instanties .
Dit “Onderhoudsregister” heeft betrekking op de volgende automatisering:
mod. S4BAR. - serienummer ......................... - geïnstalleerd op (datum) ......................... - bij ...........................................................................
De volgende bijgevoegde documenten maken deel uit van dit “Onderhoudsregister”:
1
) - Onderhoudsplan
2
) - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3
) - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4
) - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
) - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
) - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Volgens het bijgevoegde “Onderhoudsplan”, moeten de onderhoudswerkzaamheden met de volgende tussenpozen worden uitgevoerd:
iedere 6 maanden
of
iedere 10% van de voorziene duur - manoeuvreercycli
, wat het eerst is .
ONDERHOUDSPLAN
Let op! – Het onderhoud van de installatie moet worden uit-
gevoerd door gekwalificeerd technisch personeel, in overeen-
stemming met de door de geldende wetten voorziene veilig-
heidsnormen en de veiligheidsvoorschriften uit hoofdstuk 1
- “Algemene aanbevelingen en voorzorgsmaatregelen voor de
veiligheid”, aan het begin van deze handleiding.
Over het algemeen behoeft S4BAR geen bijzonder onderhoud; maar
door regelmatige controles uit te voeren houdt u de installatie altijd in
goede staat van werking en bent u verzekerd van een reguliere wer-
king van de geïnstalleerde veiligheidssystemen.
Voor het onderhoud van de inrichtingen die aan S4BAR werden toege-
voegd volgt u de aanwijzingen in de betreffende onderhoudsplannen.
Als algemene regel wordt aangeraden eens in de 6 maanden een peri-
odieke controle te doen. Het is ook mogelijk het onderhoudsinterval
als volgt te bepalen:
• Als S4BAR is ingesteld voor hoge snelheden, met hoge krachtni-
veaus of met een slagboom die verzwaard is door accessoires, zal het
nodig zijn vaker te controleren. Over het algemeen dient, om het aantal
cycli tot aan de volgende onderhoudsbeurt te berekenen, een schat-
ting te worden gemaakt van de duur volgens tabel 4 en een onder-
houdsbeurt te plannen bij iedere 10% van de resulterende manoeu-
vres; bijv. bij een totale duur van 500.000 (*); moet het onderhoud
iedere 50 .000 cycli worden uitgevoerd .
(
*
)
Bijzondere aanbeveling met betrekking tot de vervanging
van de veer:
het balanssysteem is gebaseerd op het gebruik van een
veer
.
De duur van deze veer is gemiddeld langer dan 500 .000 cycli,
maar om een adequate veiligheidsmarge te hebben wordt aanbevolen
de veer te vervangen voordat deze termijn bereikt is.
Bij benadrukken dat ook in geval van breuk van de veer de S4BAR
blijft voldoen aan de vereiste die voorzien is in 4.3.4 van de norm EN
12604: 2000 .
• Het balanssysteem van de slagboom moet minstens 2 maal per jaar
gecontroleerd worden, bij voorkeur bij het wisselen van de seizoenen.
Op het voorziene tijdstip dienen bij de onderhoudsbeurt de volgende
controles en vervangingen te worden uitgevoerd:
1
Controleer of de aanwijzingen met betrekking tot de veiligheid uit
hoofdstuk 1 strikt in acht zijn genomen.
2
Controleer of de slagboom correct uitgebalanceerd is, zie para-
graaf 3 .8 .
3
Controleer of de handmatige ontgrendeling goed werkt, zie para-
graaf 3 .6 .
4
Gebruik de zender of de sleutelschakelaar om tests van de ope-
ning, sluiting en stop van de barrière te doen en controleer of de
beweging van de slagboom zoals voorzien is . Het is goed om
meerdere tests uit te voeren om de beweging van de slagboom te
beoordelen en te controleren op eventuele montage- of instelfou-
ten of de aanwezigheid van wrijvingspunten.
5
Controleer alle veiligheidsinrichtingen van de installatie één voor
één om te zien of ze correct werken (fotocellen, contactlijsten etc.).
Wanneer een inrichting in werking treedt, zal de led “BlueBus” op
de besturingseenheid 2 maal sneller knipperen om te bevestiging
dat de inrichting herkend werd .
6
Controleer als volgt of de fotocellen goed werken: afhankelijk van
of er één of twee koppels fotocellen gemonteerd zijn, heeft u één
of twee parallellepipedums van star materiaal nodig (bijv. houten
panelen) met afmetingen van 70 x 30 x 20 cm. Elk parallellepipe-
dum moet drie zijden hebben, één voor iedere dimensie, van reflec-
terend materiaal (bijv. spiegel of witte hoogglanslak) en drie zijden
van mat materiaal (bijv. geverfd met matte zwarte lak). Voor de test
van de fotocellen op 50 cm van de grond, moet het parallellepipe-
dum op de grond worden geplaatst of op een hoogte 50 cm om
fotocellen te testen die zich op 1 m van de grond bevinden .
Bij het testen van één koppel fotocellen moet het testvoorwerp
exact onder het midden van de slagboom worden geplaatst, met
de zijden van 20 cm naar de fotocellen toe gericht, en over de hele
lengte van de slagboom verplaatst worden (
afb. 46
) .
Bij het testen van twee koppels fotocellen moet de test eerst apart
voor ieder koppel fotocellen worden uitgevoerd met behulp van 1
testvoorwerp en vervolgens herhaald worden met 2 testvoorwerpen .
Ieder testvoorwerp moet opzij van het midden van de slagboom
worden geplaatst, op een afstand van 15 cm, en vervolgens over
de hele lengte van de slagboom verplaatst worden (
afb. 47
) .
Gedurende deze tests moet het testvoorwerp op iedere willekeuri-
ge positie gedetecteerd worden door de fotocellen .
7
Controleer of er geen interferentie is tussen de fotocellen en ande-
re inrichtingen door met een cilinder (diameter 5 cm, lengte 30
cm) de optische as te onderbreken die het koppel fotocellen met
elkaar verbindt (
afb. 48
): laat de cilinder eerst vlak voor de foto-
cel TX langs gaan, vervolgens voor RX en tot slot in het midden,
tussen de twee fotocellen in. Verzeker u er vervolgens van dat de
inrichting in alle gevallen in werking treedt, en van de actieve status
naar de alarmstatus gaat en omgekeerd; controleer tot slot of dit in
de besturingseenheid de voorziene actie veroorzaakt (bijvoorbeeld
omkering van de beweging in de Sluitmanoeuvre) .
8 Controle van de beveiliging tegen het gevaar van het mee
omhoog trekken van voorwerpen;
bij automatiseringen met
verticale beweging dient men altijd te controleren of dit gevaar
niet aanwezig is . Deze test kan als volgt worden uitgevoerd: hang
halverwege de lengte van de slagboom een gewicht van 20 kg
(bijvoorbeeld een zak grint), geef instructie voor een openingsma-
noeuvre en controleer of de slagboom gedurende deze manoeuvre
niet hoger dan 50 cm vanaf de sluitstand gaat . Indien de slagboom
deze hoogte overschrijdt, dient de motorkracht te worden geredu-
ceerd (zie hoofdstuk 6 - Tabel 7) .
9
Indien men de gevarensituaties, veroorzaakt door de beweging van
de slagboom, heeft beveiligd door middel van beperking van de
stootkracht, dient de kracht te worden gemeten in overeenstem-
ming met de norm EN 12445 en dient men eventueel, als de con-
trole van de “motorkracht” gebruikt wordt als hulp voor het sys-
Summary of Contents for S4BAR
Page 2: ......
Page 20: ......
Page 40: ......
Page 60: ......
Page 80: ......
Page 100: ......
Page 120: ......
Page 140: ......
Page 143: ...I I 1 A B C B 330 mm 2 179 5 mm 1146 mm 826 mm 4000 mm 3 b a d e f g h c...
Page 144: ...II II 5 A B C 1 2 4...
Page 145: ...III III 9 10 90 6 A C B 7 8 B A...
Page 146: ...IV IV 14 A B 15 A B 11 A B 12 13 A B...
Page 147: ...V V 16 A B 17 18...
Page 148: ...VI VI 20 180 21 C C A B 1cm 1cm 19 A C B...
Page 149: ...VII VII 22 23 26 L N 24 1 2 25...
Page 151: ...IX 30 A A B STOP 31 A B...
Page 152: ...X 32 A B C D STOP 33 A B 34...
Page 154: ...XII 300 200 700 500 39 300 200 700 500 150 40 41...
Page 155: ...a c d e b F2 F1 42 43 XIII...
Page 156: ...XIV 44 O pe n L1 L2 L3 L4 L5 L6 L7 L8 St op Se t Cl os e Fuse 1AT 45 f g...
Page 157: ......
Page 158: ......
Page 159: ......