66
6. Gebruik van een netadapter
U kunt dit apparaat met de Microlife netadapter (DC 6V, 600 mA)
gebruiken.
1. Steek de adapter kabel in de netadapteraansluiting
6
van de
bloeddrukmonitor.
2. Steek de netadapterstekker in de wandcontactdoos.
Wanneer de netadapter is aangesloten, wordt er geen batterij-
stroom gebruikt.
7. Foutmeldingen
Als er een fout optreedt, wordt de meting onderbroken en wordt
een foutmelding, b.v.
«ERR 3»
, weergegeven.
* Neem a.u.b. onmiddelijk contact op met uw arts wanneer dit of
enig ander probleem vaker optreedt.
8. Veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheidstest en
verwijdering
Volg de instructies voor correct gebruik. Deze documentatie
voorziet u van belangrijke bedienings- en veiligheidsvoor-
schriften betreffende dit apparaat. Lees de documentatie zorg-
vuldig door vóór ingebruikname van het apparaat en bewaar
het voor latere raadpleging.
Dit apparaat mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel
zoals in de gebruiksaanwijzing beschreven. De fabrikant kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt
door onjuist gebruik.
De batterijen moeten worden verwijderd en opgeladen, als
het batterijsymbool (batterij leeg) verschijnt! Ze moeten niet
in het apparaat blijven, omdat ze beschadigd kunnen raken
(volledige ontlading tengevolge van een minimaal gebruik
van het apparaat, zelfs wanneer het uitstaat).
Verwijder altijd de oplaadbare batterijen, als u niet van plan
bent het apparaat voor een week of langer te gebruiken!
De batterijen kunnen NIET worden opgeladen in de bloed-
drukmonitor! Laad deze batterijen op in een externe
oplader en houdt u aan de informatie met betrekking tot het
opladen, onderhoud en duurzaamheid!
Gebruik alleen de origineel beschikbare Microlife
netadapter voor uw voedingsspanning.
Controleer dat zowel de netadapter als de kabel niet
beschadigd zijn.
Fout
Beschrijving Mogelijke oorzaak en
oplossing
«ERR 1»
AS
Signaal te
zwak
De polsslag wordt onvoldoende
doorgegeven door de manchet.
Plaats de manchet opnieuw en
herhaal de meting.*
«ERR 2»
AR
-B
Foutmelding Tijdens het meten zijn er fouten
ontstaan, door bijvoorbeeld een
beweging of samentrekking van een
spier. Herhaal de meting terwijl u uw
arm stil houdt.
«ERR 3»
AR
-C
Abnormale
manchet druk
Een adequate druk kan niet in de
manchet worden geproduceerd. Er
kan een lek in het manchet zijn.
Controleer of de manchet goed is
aangesloten en niet te los om de arm
zit. Vervang de batterijen indien
nodig. Herhaal de meting.
«ERR 5»
Abnormaal
resultaat
De meetsignalen zijn onbetrouwbaar
en daarom kan geen resultaat
worden weergegeven. Lees voor het
uitvoeren van betrouwbare metingen
de checklist door en herhaal de
meting.*
«HI»
Hartslag of
manchetdruk
te hoog
De druk in de manchet is te hoog
(boven 299 mmHg) OF de hartslag-
frequentie is te hoog (boven 200
slagen per minuut). Ontspan
gedurende 5 minuten en herhaal de
meting.*
«LO»
Polsslag te
laag
De hartslagfrequentie is te laag
(minder dan 40 slagen per minuut).
Herhaal de meting.*
Veiligheid en bescherming
Fout
Beschrijving Mogelijke oorzaak en
oplossing
Summary of Contents for BPB2 Basic
Page 96: ...94 ...