Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
35
NL
2 Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwin-
gen
2.1 Voor aansluiting en werking
• De apparaten worden volgens de geldende
veiligheidsvoorschriften gebouwd.
• Aansluiting op het net, onderhoud en repara-
tie van het apparaat mogen alleen door een
erkend vakman volgens de geldende veilig-
heidsvoorschriften worden uitgevoerd. Ondes-
kundig uitgevoerde werkzaamheden vormen
een risico voor uw veiligheid.
• Als de netaansluitkabel van dit toestel be-
schadigd is, moet ze door de fabrikant of
zijn klantenservice of door een gelijkaardig
gekwali
fi
ceerde persoon worden vervangen
om risico's te vermijden.
• Het toestel mag niet met een externe schakel-
klok of een extern afstandsbesturingssysteem
worden gebruikt.
• Zorg ervoor dat er geen voorwerpen (bijv.
schoonmaakdoekje) in de directe nabijheid
van de kookplaatafzuiging liggen. Deze kun-
nen door de luchtstroom naar binnen gezogen
worden. In beginsel moeten vloeisto
ff
en en
kleine onderdelen uit de buurt van het toestel
worden gehouden.
• Gebruik het toestel nooit zonder vet
fi
lter.
• Verzadigde
vet
fi
lters leveren brandgevaar op!
• Frituren is alleen onder voortdurend toezicht
toegestaan,
fl
amberen is niet toegestaan!
• Bij het gebruik van haardgekoppeld hout-,
kool-, gas- of olievuur moet voor voldoende
aanvoerlucht worden gezorgd. De maximaal
toelaatbare onderdruk die door de afzuigkap
in de ruimte van het haardgekoppeld vuur
wordt veroorzaakt, mag de 4 Pa (0,04 mbar)
niet overschrijden, anders bestaat er vergifti-
gingsgevaar.
• Tijdens het koken wordt door de damp extra
vocht aan de kamerlucht afgegeven.
• In circulatiebedrijf wordt het vocht uit de damp
maar voor een klein deel verwijderd. Er moet
daarom altijd voor voldoende toevoer van ver-
se lucht, worden gezorgd, bijvoorbeeld door
een geopend raam of door het gebruik van
huisventilatie.
• Zorg altijd voor een normaal en behaaglijk
ruimteklimaat (45 - 60 % luchtvochtigheid).
• Schakel na elk gebruik in circulatiebedrijf de
kookplaatafzuiging ca. 20 minuten lang op
een lage stand of activeer de automatische
naloop.
2.2 Voor personen
• Deze toestellen kunnen door kinderen vanaf
8 jaar alsook door personen met verminderd
lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk vermogen
of met gebrek aan ervaring en/of kennis wor-
den gebruikt als erop toezicht wordt gehouden
of als ze over het veilige gebruik van het toe-
stel zijn geïnstrueerd en ze de bijbehorende
gevaren hebben begrepen. Kinderen mogen
niet met het toestel spelen. De reiniging en
het onderhoud door de gebruiker mogen niet
door kinderen worden uitgevoerd, tenzij het
onder toezicht gebeurt.
Summary of Contents for VarioLine K Series
Page 74: ...Caracter sticas t cnicas 74 P...
Page 75: ...Caracter sticas t cnicas 75 P...
Page 76: ......