FILTERS
- Alleen het extra voorfilter is wasbaar en zorg ervoor dat het voorfilter droog is
als het wordt teruggeplaatst op het HEPA-filter.
- HEPA en actieve koolstoffilter moeten eenmaal per maand worden
schoongemaakt met een stofzuiger.
Opmerking: Filters moeten minstens één keer per zes maanden worden
vervangen. Vaker reinigen en vervangen kan nodig zijn afhankelijk van de
omgevingsomstandigheden.
UV LAMP VERVANGING
1.De UV-lamphouder losschroeven ..
2. Haal de drijfstang voorzichtig uit en haal de UV-lamp op.
3. Plaats een nieuwe UV-lamp en bevestig deze door de
verbindingsstang te schroeven.
MINI GIDS VOOR HET OPLOSSEN
VAN PROBLEMEN
Voordat u een van de volgende servicecontroles uitvoert, moet u de stekker uit
het stopcontact halen.
Apparaat
werkt niet
Geluidsoverlast
•
Zorg dat het bodemdeksel op zijn plaats is vergrendeld. Zorg ervoor dat
het onderste lipje in de sleuf zit. Er is een automatische
veiligheidsschakelaar als het bodemdeksel niet volledig is gesloten.
• Controleer of het netsnoer op een werkend stopcontact is aangesloten.
• Als bovenstaande oplossingen niet werken, neem dan contact op met de
klantenservice.
Controleer op vreemde voorwerpen die in contact komen met de ventilator.
Het filter is mogelijk verstopt en klaar om te worden vervangen. De
schuimafdichtingspakkingen zijn verkeerd geïnstalleerd.
Ongelijke positionering.
FILTERS INSTALLEREN EN VERWIJDEREN
FILTER VERVANG INDICATOR
De Filter Reset-LED knippert continu om aan te geven dat u het filter wilt
vervangen.
Vervang het filter volgens de onderstaande aanwijzingen en houd de POWER-
knop 5 seconden ingedrukt om het programmasysteem opnieuw te starten. Het
licht stopt met flikkeren.
* Combinatiefilter moet elke 6 maanden worden vervangen.
1. Ondersteboven de machine
2. Verwijder de schroef onder de basis en vervolgens
de basis
3. Haal het vuile filter eruit en plaats een nieuw filter
in het apparaat.
4. Bevestig de basis aan het apparaat en maak het
vast met een schroef
5. Houd de AAN / UIT-knop 5 seconden ingedrukt om
het programma te resetten.
36
SCHOONMAKEN EN ONDERHOUDEN
De machine moet minstens één keer per maand worden gereinigd met een
schone, droge, zachte doek. Afhankelijk van de omgeving kan een frequentere
reiniging vereist zijn. entale omstandigheden.
NOTITIE:
Steek GEEN vreemde voorwerpen of uw vingers in het apparaat.
Gebruik GEEN benzine, benzine, thinner, agressieve schoonmaakmiddelen,
enz. Op en / of in het apparaat tijdens het schoonmaken, omdat deze het
product zullen beschadigen.
Gebruik alcohol of andere oplosmiddelen.
35
NL