Nederlands (Vertaling van de originele instructies)
NL
EN DE ES IT FR PT
RU FI SV NO DA PL CS SK SL HR HU RO BG EL AR TR HE LT LV ET
bladen dient u voorzichtig
te zijn aangezien een
ronddraaiend maaiblad een
ander kan doen draaien
■
Wees bij het afstellen van
de machine voorzichtig om
te voorkomen dat vingers
gekneld raken tussen
bewegende maaibladen en
de vaste onderdelen van de
machine.
■
Laat de machine altijd
afkoelen voor het opbergen.
■
Als u de maaibladen
onderhoudt, houd dan altijd
rekening met het feit dat
de maaibladen nog steeds
kunnen worden bewogen
zelfs als de stroom is
uitgeschakeld.
■
Vervang versleten of
beschadigde onderdelen uit
veiligheidsoverwegingen.
Gebruik uitsluitend originele
vervangonderdelen en
accessoires.
AANBEVELING VOOR EEN
KLASSE II MACHINE
De machine mag uitsluitend met
een aardlekschakelaar (RCD)
met een uitschakelstroom
van maximum 30 mA worden
aangedreven.
ELEKTRISCHE VEILIGHEID
■
Waarschuwing! Schakel
de machine uit, trek de
stekker uit de contactdoos
voor u de machine afstelt,
reinigt of als het snoer is
doorgesneden, beschadigd
of verstrikt.
■
De maaibladen blijven enkele
seconden draaien nadat de
machine is uitgeschakeld.
■
Waarschuwing
– ronddraaien-
de maaibladen niet aanraken.
Uw machine is dubbel
geïsoleeerd uit veiligheidso-
verwegingen en hoeft geaard
te zijn. De openingsspanning
bedraagt 220-240V AC,
50 Hz. Gebruik uitsluitend
goedgekeurde verlengsnoeren.
Verlengsnoeren mogen uitslui-
tend worden gebruikt als ze
overeenstemmen met types
H05VV-F, H05RN-F of IECtype
ontwerp (60227 IEC 53, 60245
IEC 57).
Als u een verlengsnoer wilt
gebruiken terwijl u uw product
bedient, mogen uitsluitend de
volgende kabelafmetingen
worden gebruikt:
●
1.5 mm2: max. lengte 60 m
●
2.5 mm2: max. lengte 100
m
87