FlexiForce LiftMaster 773E, Manual

Page: 9 / 19

FUNCTIE
De 773E is een foto-elektrische beveiliging, bestaande uit een zender (TX)
en een ontvanger (RX). Ze beschikt over een potentiaalvrij NC-contact (stan-
daard). Indien nodig, kan dit worden veranderd in een NO-contact (optioneel, zie
punt 4). Een onderbreking van de infraroodstraal wordt geregistreerd en aan de
sturing gemeld.
Een onberispelijk functionerende foto-elektrische beveiliging
dient enkel om personen of voorwerpen binnen het bereik van de poort te
detecteren en garandeert geen absolute zekerheid voor andere gevaren die
ontstaan door de beweging van de poort. Neem evt. bijkomende bescher-
mingsmaatregelen.
MONTAGE
Om kleine kinderen te beschermen, mag de foto-elektrische beveiliging niet
hoger dan 200 mm - 250 mm boven de garagevloer worden geïnstalleerd.
Opgelet:
- Installaties op een helling of schuine opritten vergen uiterst nauwkeurig werk.
- Kabellengtes van meer dan 10 m vermijden.
- Een laagstaande zon of ondergedimensioneerde leidingen kunnen het bereik
sterk verminderen.
- Worden twee foto-elektrische beveiligingen op geringe afstand naast/onder
elkaar gemonteerd (bijv. bij schuifpoorten), dan mogen de ontvanger en zender
niet aan dezelfde kant van de inrit worden gemonteerd, aangezien een zender
(TX) anders beide ontvangerlenzen kan beïnvloeden.
Voor de montage van de foto-elektrische beveiliging moet de stroomtoevoer
worden uitgeschakeld.
1. Met een geschikte schroevendraaier de aanslagneus indrukken en de behuiz-
ing openen (afb. 1). Dankzij dit klikmechanisme is een snelle montage mogelijk.
De behuizing open laten tijdens de installatie, opdat de diagnose van de LED
zichtbaar is.
2. Zender en ontvanger monteren en uitrichten. Telkens minstens twee schroeven
gebruiken om de zender en ontvanger te bevestigen en let er daarbij op dat de
kabelgeleiding correct wordt uitgevoerd (afb. 6). De sensoren zo uitrichten dat
de lenzen parallel tegenover de gesloten poort precies naar elkaar wijzen. De
773E beschikt inwendig over een zwenkbare lensbevestiging, waarmee een
optionele bijstelling (afb. 3b) mogelijk is. Na de bijstelling beide schroeven (8)
vastdraaien (afb. 7).
3. De aansluitleiding moet volgens de plaatselijke bouw- en elektrische instal-
latievoorschriften worden gelegd. Hoog- en laagspanning mogen niet samen in
één leiding/kabel worden geleid; dit leidt tot storingen.
4. De kabels (min. 2x 0,5 mm²) naargelang de sturing met de klemmen verbinden.
2
1