226
NEDERLANDS
7
Stel de diverse surroundparameters in.
(Afstandsbediening)
8
Druk op de SURROUND PARAMETER-toets
om de surround-parametermodus af te sluiten.
(Afstandsbediening)
Surroundparameters
q
Pro Logic
II
-stand:
• De Cinema-stand wordt gebruikt voor stereo-televisieprogramma’s die zijn gecodeerd in Dolby Surround.
• De Music-stand wordt aanbevolen als standaardstand voor autosound-muzieksystemen (geen video) en is
optioneel voor A/V-systemen.
• De Dolby PL-stand biedt dezelfde robuuste surroundverwerking als de originele Pro Logic wanneer de bron
niet van optimale kwaliteit is.
Kies één van de standen (“Cinema”, “Music” of “Dolby PL”).
Panorama-regelaar:
Deze stand breidt het stereobeeld vooraan uit met de surroundluidsprekers en resulteert in een opwindend
“omhullend” effect met weerkaatsing van het geluid via de zijwanden.
Kies “OFF” of “ON”.
Dimension-regelaar:
Deze regelaar regelt het geluidsveld geleidelijk naar voren of naar achteren bij.
De regelaar kan in 7 stappen worden ingesteld van 0 tot 6.
Center Width-regelaar:
Deze regelaar stelt het middenbeeld in, zodat het alleen hoorbaar is via de middenluidspreker; alleen
hoorbaar via de linker-/rechterluidsprekers als fantoombeeld; of via alle drie voorluidsprekers in
verschillende mate.
De regelaar kan in 8 stappen worden ingesteld van 0 tot 7.
DTS NEO:6-stand:
•
Cinema
Dit is de optimale modus voor het weergeven van films. Bij het decoderen ligt de nadruk op de
kanaalscheiding, zodat u met 2-kanaals bronnen dezelfde sfeer als met 6.1-kanaals bronnen creëert.
Deze modus is ook effectief voor het weergeven van bronnen die in conventionele surround formaten zijn
opgenomen, omdat het component dat in fase is, vooral aan het middenkanaal (C) wordt toegekend en het
component waarvan de fase is omgekeerd, aan de surround kanalen (de kanalen SL, SR en SA).
•
Muziek
Deze modus is vooral geschikt voor het weergeven van muziek. De signalen van de voorste kanalen (de
kanalen LV en RV) passeren de decoder en worden rechtstreeks weergegeven, zodat er geen kwaliteitsverlies
van het geluid optreedt, en het effect van de surround signalen die via de midden (C) en surround kanalen (SL,
SR en SA) worden uitgevoerd, breiden het geluid op een natuurlijk aanvoelende wijze uit.
CENTER IMAGE
(0,0 tot 0,5: standaard 0,2)
:
De parameter Center Image voor het instellen van de expansie van het middenkanaal in de stand DTS
NEO:6 MUSIC is toegevoegd.
Surroundparameters
w
CINEMA EQ. (Cinema-equalizer):
De Cinema EQ-functie verlaagt het niveau van de extreem hoge frequenties zachtjes om te scherp klinkend
filmgeluid te compenseren. Schakel deze functie in als het geluid uit de voorste luidsprekers te scherp klinkt.
Deze functie werkt alleen in de standen Dolby Pro Logic
II
, Dolby Digital en DTS Surround. (Dezelfde inhoud
wordt ingesteld voor alle bedieningsmodi.)
D.COMP. (Compressie van dynamisch bereik):
Filmgeluid heeft een erg breed dynamisch bereik (het contrast tussen zeer zacht en zeer luid geluid).
Wanneer u ‘s avonds laat luistert of het maximale geluidsniveau lager is dan normaal, kan u dankzij de
compressie van het dynamisch bereik alle klanken integraal horen (maar in een beperkter dynamisch bereik).
(Deze functie werkt alleen bij de weergave van programmabronnen opgenomen in Dolby Digital of DTS.) Kies
één van de vier parameters (“OFF” (uit), “LOW” (laag), “MID” (midden) of “HI” (hoog)). Kies de instelling
OFF voor normaal luisteren.
LFE (Laagfrequent effect):
Deze functie stelt het niveau in van de LFE-geluiden (laagfrequent effect) in de bron bij weergave van
programmabronnen die zijn opgenomen in Dolby Digital of DTS.
Als het geluid uit de subwoofer vervormd klinkt als gevolg van de LFE-signalen tijdens de weergave van Dolby
Digital- of DTS-bronnen en de piekbegrenzer is uitgeschakeld in de instelling van het piekbegrenzerniveau van
de subwoofer (systeeminstelmenu), dient u het niveau naar vereist te regelen.
Programmabron en instelbereik:
1. Dolby Digital:
–10 dB tot 0 dB
2. DTS Surround:
–10 dB tot 0 dB
Bij weergave van filmmateriaal dat met DTS is gecodeerd verdient het voor goede weergave de
aanbeveling om het LFE-niveau in te stellen op 0 dB.
Bij weergave van muziekmateriaal dat met DTS is gecodeerd verdient het voor goede weergave de
aanbeveling om het LFE-niveau in te stellen op -10 dB.
SB CH OUT (Surround-achter):
“OFF” ......................De weergave gebeurt zonder de surround-achterluidspreker.
“ON”........................De weergave gebeurt met de surround-achterluidspreker.
“NON MTRX” ..........De weergave gebeurt met de surround-achterluidspreker.
Dezelfde signalen als die van de surroundkanalen worden uitgevoerd via de surround-
achterkanalen.
“MTRX ON”.............De weergave gebeurt met de surround-achterluidspreker.
Het surround-achterkanaal wordt weergegeven met digitale matrix-verwerking.
“NRML (OFF)”.........De weergave gebeurt zonder de surround-achterluidspreker.
“NRML (ON)” ..........De weergave gebeurt met de surround-achterluidspreker.
Het surround-achterkanaal wordt weergegeven met digitale matrix-verwerking.
OPMERKING:
Deze bediening kunt u rechtstreeks uitvoeren met behulp van de surround achter
“SURROUND BACK”-toets.
Summary of Contents for AVR-770SD
Page 286: ...286 MEMO...
Page 287: ......