49
NL
–
verwijder de deksel (
7
),
–
verwijder eventueel de stofzak (
18
),
–
schuif de natte
fi
lter (
19
) over het motorblok in de deksel,
–
plaats de deksel (
7
) weer terug.
3. Kies het gewenste mondstuk uit en plaats deze op de zuigstang (zie sectie ‘Zuigmon-
den aanbrengen / verwijderen’).
Opgelet! De vloerzuigmond is
niet
geschikt voor de natte reiniging!
4. Wikkel het netsnoer af en steek de netstekker in een goed toegankelijke contactdoos
die volgens de voorschriften is geïnstalleerd.
5. Zet de bedrijfsschakelaar (
6
) op positie
I
, om het apparaat in te schakelen.
6. Leid het mondstuk over het te reinigen oppervlak resp. over de op te zuigen vloeistof.
Tijdens het zuigen kan het apparaat als een slee worden voortgetrokken.
7. Zet na het nat of droog zuigen de bedrijfsschakelaar (
6
) op positie
0
, om het apparaat
uit te schakelen.
8. Trek de netstekker uit de contactdoos. Wikkel het netsnoer op.
9. Hebt u vloeistoffen opgezogen, moet ook het reservoir voor vuil water en de stof-
zak (
9
) worden geleegd (zie sectie ‘Apparaat reinigen’).
Gebruik met shamponeerfunctie
OPGELET!
■
Vul het reservoir voor schoon water uitsluitend met het meegeleverde reinigingsmid-
del of in de handel gebruikelijke tapijtreinigingspreparaten voor waszuigers.
■
Gebruik geen sterk schuimende reinigingspreparaten aangezien een overmatige
schuimvorming de werking van het apparaat nadelig kan beïnvloeden.
■
Let erop dat het apparaat niet omvalt. Het water uit de waterreservoirs zou kunnen
gaan lekken. Om het apparaat weg te zetten, brengt u de greep in een loodrechte
positie tot deze vastklikt.
■
Maak het tapijt niet overmatig nat.
Het tapijt voorbereiden
1. Zuig het tapijt dat moet worden gereinigd, grondig af. Gebruik hiertoe de vloerzuig-
mond (zie sectie ‘Gebruik als nat- of droogzuiger’).
2. Verwijder, indien mogelijk, alle meubelen van het tapijt. Bij grote meubelstukken, die
niet kunnen worden verplaatst, legt u plasticfolie onder de voeten en verwijdert u
deze pas wanneer het tapijt na de reiniging weer geheel droog is. De voeten kunnen
door het vocht van het tapijt worden beschadigd.
3. Controleer de kleurechtheid van het tapijt.
Dep een stuk witte stof in de meege-
leverde reinigingsoplossing (zie sectie ‘Reservoir voor schoon water vullen’) en wrijf
het voorzichtig op een onopvallende plek van het tapijt. Verkleurt de stof niet, kunt
u het tapijt met het apparaat reinigen. Bij meerkleurige tapijten test u elke kleur op
echtheid.
09707_DE-EN-FR-NL_A5_V1.indb 49
09707_DE-EN-FR-NL_A5_V1.indb 49
04.01.2016 08:29:16
04.01.2016 08:29:16