67
7. Het korte en lange stoommondstuk kunnen apart als ge-
wone stoommondstuken voor de reiniging worden gebruikt
of met de kleine ronde borstel (20), de grote ronde borstel
(21), de spachtel (22), het hoek- en voegenmondstuk (26),
de metalen borstel (27) of de driehoeksborstel (28) wor-
den gecombineerd. Deze accessoires worden gewoon op
het grote of kleine stoommondstuk gestoken en kunnen
net zo eenvoudig opnieuw worden afgetrokken (zie voor-
beeld in de afbeelding van het lange stoommondstuk en
de grote ronde borstel)
8. Als u meubels wilt reinigen, gebruikt u het meubelreini-
gingsaccessoire met de bijbehorende reinigingsdoek.
9. Als u vensters wilt reinigen, gebruikt u het meubelreini-
gingsaccessoire samen met het vensterreinigingsacces-
soire. Haak daarvoor eerst het vensterreinigingsaccessoi-
re in de ogen van het meubelreinigingsaccessoire (A) en
haak dan de grote haak (B) in het meubelreinigingsacces-
soire.
10. Steek de stekker in een reglementair geïnstalleerd, goed bereikbaar stopcontact.
11. Zet de aan/uit schakelaar (7) aan de hoofdeenheid in positie
I.
Het werkingslicht (17)
gaat branden en het apparaat wordt opgewarmd.
12. Als het apparaat de bedrijfstemperatuur heeft bereikt, brandt het controlelampje (16).
13. Houd de stoomknop (14) ingedrukt om stoom uit het mondstuk te laten komen. Wan-
neer u de stoomknop loslaat, onderbreekt het apparaat de stoomafgifte.
14. Laat het accessoire langzaam naar voren en achter over het te reinigen oppervlak
glijden en druk indien nodig op de stoomknop.
15. Als het waterreservoir leeg is en geen stoom meer wordt geproduceerd, zet u de
aan/uit schakelaar (7) van de hoofdeenheid in de positie
0
en dan trekt u de stekker
uit het stopcontact. Vul water bij (zie hoofdstuk “Waterreservoir vullen”). Zet dan de
reiniging verder.
16. Als de reiniging is beëindigd, schakelt u de aan/uit schakelaar (7) van de hoofdeenheid
in de positie
0
en dan trekt u de stekker uit het stopcontact. Laat het apparaat volledig
afkoelen. Maak het waterreservoir volledig leeg alvorens het apparaat weg te bergen.
17. Vooraleer u het apparaat opnieuw in gebruik neemt, moet de waterreservoir steeds op
resterend water worden gecontroleerd en indien nodig volledig worden leeggemaakt.
A
A
B