148
KEUKENKACHEL OP HOUT
NL
De kabel mag nooit in aanraking met de rookgassenafvoerpijp komen en ook niet met
ongeacht welk ander deel van de kachel.
• Controleer bovendien of het elektriciteitsnet over een doeltreffende aardverbinding beschikt: als
die niet aanwezig of niet efficiënt is, zorg dan voor een aardverbinding in overeenstemming met de
wettelijke voorschriften.
• Gebruik geen verlengsnoer.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze door een geautoriseerd technicus vervangen worden.
•
Wanneer de kachel gedurende lange tijd niet gebruikt zal worden, is het raadzaam de stekker uit het
elektrische wandstopcontact te halen.
10
GEBRUIK
10.1
LET OP
Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door mensen (met inbegrip van
kinderen) met verminderde geestelijke of motorische capaciteiten, of zonder ervaring
en kennis, tenzij zij onder toezicht staan van, of geïnstrueerd worden door, iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten constant onder toezicht staan om er zeker van te zijn dat ze niet met
het apparaat spelen.
Tijdens de werking kan de kachel hoge temperaturen bereiken: houd kinderen en dieren
op afstand en gebruik geschikte, vuurvaste, persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals
hittebestendige handschoenen.
10.2
INLEIDING
Voor het beste rendement met het laagste verbruik moeten onderstaande aanwijzingen opgevolgd
worden.
•
Het hout kan heel makkelijk aangestoken worden wanneer de installatie correct verlopen is en het
rookgaskanaal doeltreffend is.
•
Bij de eerste inschakeling van de kachel moet de vlam gedurende minstens 4-5 uren laag gezet worden,
om de materialen waaruit de kachel opgebouwd is de kans te geven zich te zetten. Deze handeling
moet minstens 3-4 keer uitgevoerd worden.
•
Resterende vetten van de bewerking en vernis kunnen tijdens de eerste bedrijfsuren onaangename
geurtjes en rook veroorzaken: het is raadzaam het vertrek goed te verluchten omdat dit schadelijk kan
zijn voor personen en huisdieren.
Gebruik tijdens de inschakeling geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine,
petroleum, enz...).
Kookplaten in gietijzer mogen niet te veel verhit worden (kersrood) omdat ze kunnen
breken!