BSVILLAGE Hayward Micro, Installation Instructions Manual, Page: 141 / 237

7
4. INSTALLATIE EN AANSLUITING
4.1 Installatievoorschriften
De warmtepomp moet in de openlucht en buiten een gesloten technisch
lokaal worden geplaatst.
De warmtepomp moet op een minimale veilige afstand van het
zwembad worden geplaatst, in overeenstemming met de geldende
installatienorm van het land waarin de warmtepomp wordt geïnstalleerd
(zie onderstaande tabel met installatienormen).
Voor FRANKRIJK bedraagt de minimale installatieafstand 3,5, in
overeenstemming met de norm NF-C15 100.
F NF C15-100 GB BS7671:1992
D DIN VDE 0100-702 EW EVHS-HD 384-7-702
A ÖVE 8001-4-702 H MSZ 2364-702/1994/MSZ 10-553 1/1990
E
UNE 20460-7-702 1993, RECBT ITC-
BT-31 2002
M MSA HD 384-7-702.S2
IRL Wiring Rules + IS HD 384-7-702 PL PN-IEC 60364-7-702:1999
I CEI 64-8/7 CZ CSN 33 2000 7-702
LUX 384-7.702 S2 SK STN 33 2000-7-702
NL NEN 1010-7-702 SLO SIST HD 384-7-702.S2
P RSIUEE TR TS IEC 60364-7-702
• De warmtepomp moet worden geïnstalleerd op de grond, op een vlakke en
horizontale ondergrond (bijvoorbeeld een betonnen steun) die het gewicht kan
dragen.
• Om trillingen te beperken, moet u de warmtepomp installeren op de
meegeleverde silent blocs.
• Installeer de warmtepomp niet op een steun die de trillingen van het apparaat
kan versterken.
• Installeer de warmtepomp niet op een plaats waar het geluidsniveau kan
worden versterkt of op een plaats waar het geluid van het apparaat de
omgeving kan verstoren.