Nederlands–7
3 609 929 879 • (03.02) T
Type 0 602 490 639 / … 640
Trek het inzetgereedschap
1
van de gereedschapop-
name
2
los, indien nodig met een tang.
Ophangvoorziening
Met de ophangbeugel
8
kunt u de machine aan een
ophangvoorziening bevestigen.
Plaats de als toebehoren meegeleverde ophangbeu-
gel
8
op de machine en laat deze in de sleuven
15
vastklikken.
Controleer regelmatig de toestand van de ophangbeu-
gel en de haken in de ophangvoorziening.
Ingebruikneming
Stel eerst de draairichting in met de omschakeling
voor rechts- en linksdraaien
14
wanneer u de machine
wilt starten, omdat de machine alleen start wanneer de
omschakeling voor rechts- en linksdraaien
14
niet in
het midden staat (inschakelblokkering).
Draairichting instellen
Rechtsdraaien: Duw de omschakeling voor rechts-
en linksdraaien
14
tot aan de aanslag
naar links (voor het indraaien van
schroeven).
Linksdraaien:
Duw de omschakeling voor rechts-
en linksdraaien
14
tot aan de aanslag
naar rechts (voor het los- en uitdraai-
en van schroeven).
Bedien de omschakeling voor rechts- en
linksdraaien 14 alleen wanneer de machi-
ne stilstaat.
LED-werklampje inschakelen
Met het werklampje
21
kan de schroefplaats worden
verlicht wanneer de lichtomstandigheden ongunstig
zijn. Schakel het werklampje
21
in door de aan/uit-
schakelaar
13
licht in te drukken. Wanneer u de aan/uit-
schakelaar
13
verder indrukt, wordt de machine inge-
schakeld en brandt het werklampje
21
nog steeds.
Kijk niet recht in het werklampje, het kan
u verblinden.
In- en uitschakelen
De machines hebben een van het draaimoment afhan-
kelijke
uitschakelkoppeling
die in het aangegeven
bereik instelbaar is. Deze spreekt aan wanneer het in-
gestelde draaimoment is bereikt.
Inschakelen:
Druk de aan/uit-schakelaar
13
tot aan
de aanslag in. De machine wordt auto-
matisch uitgeschakeld bij het bereiken
van het ingestelde draaimoment.
Uitschakelen: Laat de aan/uit-schakelaar
13
los.
Wanneer u de aan/uit-schakelaar
13
te vroeg
loslaat, wordt het vooraf ingestelde draaimo-
ment niet bereikt.
Tips voor de werkzaamheden
Verwijder de accu uit het gereedschap voordat u
het gereedschap instelt, toebehoren wisselt of
het gereedschap opbergt.
Deze voorzorgsmaatre-
gel voorkomt onbedoeld inschakelen van het gereed-
schap.
Accu verwijderen
De accu
11
is ondergebracht in de greep van de ma-
chine.
Druk aan beide zijden op de ontgrendelingsknop
12
en trek de accu
11
naar beneden toe uit de greep.
Forceer niet.
Draaimoment instellen
Het draaimoment is afhankelijk van de voorspanning van
de uitschakelkoppeling. De uitschakelkoppeling wordt
geactiveerd bij het bereiken van het ingestelde draaimo-
ment, zowel bij rechtsdraaien als bij linksdraaien.
Gebruik voor het instellen van het individuele draaimo-
ment alleen het meegeleverde instelgereedschap
23
(afb. ).
Duw de schuif
7
op de machine volledig terug. Steek
de zeskant-inbussleutel
24
in het inzetgereedschap
1
en draai deze langzaam tot in de opening van het huis
een kleine uitsparing in de koppeling zichtbaar is
(afb.
). Steek het instelgereedschap
23
in deze uit-
sparing en draai het instelgereedschap
23
.
Draaien met de wijzers van de klok mee leidt tot een
groter draaimoment. Draaien tegen de wijzers van de
klok in leidt tot een kleiner draaimoment.
Opmerking:
De vereiste instelling is afhankelijk van
het soort schroefverbinding en kan het best proefsge-
wijs worden vastgesteld. Controleer de testverbinding
met een draaimomentsleutel.
Stel het draaimoment alleen in het aan-
gegeven capaciteitsbereik in, omdat an-
ders de uitschakelkoppeling niet meer
aanspreekt.
14
B
C