52
Scherm
MANUAL
GP
CH
SCAN
PRESET
SYNC
CH
MUTE
RF AF
FREQ
MHz
P1 P2 P3 P4
1 2 3 4 5 6 7 8
1
5
7
6
2
3 4
10 11
9
8
1.
Manueel:
Deze indicator gaat branden wanneer de ontvanger zich in
Manuele
modus bevindt,
zodat u het kanaal manueel kunt selecteren. Gebruik de knoppen
omhoog/omlaag (
)
om te
bladeren door de verschillende modi.
2.
Scan:
Deze indicator gaat branden wanneer de ontvanger zich in
Autoscan
-modus bevindt. In
deze modus kiest de ontvanger automatisch het kanaal met de meest duidelijke en sterke
ontvangst.
3.
Preset:
Deze indicator gaat branden wanneer de ontvanger zich in
Preset
-modus bevindt. In
deze modus kunt u een vooraf ingestelde groep kanalen selecteren, zodat u niet de volledige
frequentieband hoeft te scannen.
4.
Sync:
Deze indicator gaat branden wanneer de zender en de ontvanger gesynchroniseerd zijn.
5.
GP (P1, P2, P3, P4):
Dit is de huidige groep voorinstellingen.
6.
CH (1–8):
Dit is het huidige kanaal met voorinstellingen.
7.
CH (regiogebonden):
Dit is het huidige kanaalnummer. Het aantal beschikbare kanalen hangt af
van uw regio.
8.
Freq:
Dit is de huidige frequentie in
MHz
.
9.
Dempen:
Deze indicator gaat branden wanneer het audiosignaal wordt gedempt.
10.
RF:
Deze meter geeft het huidige ontvangstniveau weer tussen zender en ontvanger.
11.
AF:
Deze meter toont het huidige signaalniveau, verstuurd van de
audio-uitgangen
van de
ontvanger.
Achterpaneel
1
1
2
6
3
4 5
1.
Antenneaansluiting:
Sluit de meegeleverde antenne aan op deze uitgangen.
2.
Audio-uitgang (XLR):
Gebruik een standaard XLR-kabel om deze gebalanceerde uitgang aan te
sluiten op uw mixer, PA-systeem, enz.
3.
Audio-uitgang (6,35 mm):
Gebruik een standaard 6,35mm-kabel om deze gebalanceerde
uitgang aan te sluiten op uw gitaarversterker, mixer, PA-systeem, enz.
4.
Keuzeschakelaar Line/Mic:
Gebruik deze schakelaar om te selecteren of het uitgangssignaal
van de ontvanger zich op lijn- of microfoonniveau bevindt. Zet deze schakelaar op
Line
wanneer
u verbinding maakt met een gebalanceerde ingang op lijnniveau (bv. de XLR- of 6,35 mm TRS-
ingang van een mixer) of de actieve instrumentingang met lage impedantie van de versterker van
een instrument. Zet deze schakelaar op
Mic
wanneer u verbinding maakt met een
instrumentingang met hoge impedantie op een versterker van een instrument.
5.
Ruis:
Draai aan deze knop om de ruisdrempel in te stellen.
6.
Stroomingang:
Gebruik de meegeleverde stroomadapter (12 V, 1 A, middelste pin is positief)
om deze ingang aan te sluiten op uw stroombron.