Installatie
12 - NL
VA Master FAM540
CI/FAM540-X1
Wechsel ein-auf zweispaltig
3.4.2 Analoge aanwijzer met meetomvormer met / zonder LCD-scherm
Wechsel ein-auf zweispaltig
De elektronische aanwijzer met intelligente microprocessor-meet-
omvormer is in 2-geleidertechniek uitgevoerd. Een optioneel LCD-
scherm maakt het mogelijk wijzigingen aan veranderde
meetstofparameters ter plaatse tot stand te brengen. Bij de uitvoering
met LCD-scherm beveelt ABB daarom aan gebruik te maken van een
schaal met balkdiagram. Hierdoor kunnen verschillen tussen een
productschaal en de op het display weergegeven debietwaarde
worden voorkomen.
G00453
Afb. 10
Ontwerpkarakteristieken
• Display
uitbreidbaar.
•
Elektronisch apparaatalarm "Min." / "Max." of impulsuitgang.
•
Parametrering via HART-communicatie door middel van
handterminal of DSV401 (SMART VISION).
•
Wijziging van meetstofparameters (invloed van druk en
temperatuur, dichtheid, eenheden, enz.) altijd mogelijk.
Uitvoering met LCD-scherm:
•
Debietindicatie en gesommeerde debiettelling.
• Menugestuurde
parametrering.
•
Parametrering van het apparaat m.b.v. een magneetpen met
gesloten behuizing.
G00548
5
2
1
3
4
Afb. 11: Display met bedieningstoetsen en
magneetpenmarkeringen
1
Bedieningstoets
◄
2
Bedieningstoets
▲
3
Bedieningstoets
▼
4
Bedieningstoets
►
5
Positie voor bediening met magneetpen
Opmerking:
Bij geopend behuizingsdeksel is de EMC-beveiliging buiten werking
gesteld.
Vervanging van de elektronica
Wanneer een defect optreedt, kan de elektronica worden vervangen.
Instellingen worden meteen bijgewerkt zodra het apparaat is
ingeschakeld.
LCD-scherm
Contrastrijk LCD-scherm ter weergave van het huidige debiet en van
het gesommeerde debiet.
Bediening met 4 toetsen of direct van buiten met gesloten behuizing
d.m.v. een magneetpen.
Invoer van gegevens in tekstvorm via het LCD-scherm of door
digitale communicatie via het HART-protocol.
Stroomuitgang klemmen 31 / 32
Op deze klemmen wordt de hulpenergie (10 ... 46 V DC) aange-
sloten. Gelijktijdig wordt het 4 ... 20 mA uitgangssignaal via deze
klemmen geleid.
Ook de digitale communicatie vindt via de klemmen 31 / 32 plaats.
Daarbij wordt het analoge uitgangssignaal door een wissel-
stroomsignaal overlapt.
Programmeerbare uitgang klemmen 41 / 42
Aan de programmeerbare uitgang kunnen verschillende functies
worden toegewezen.
De volgende opties staan via de software "Prog. Ausgang" (
Prog.
Uitgang
) ter beschikking:
1.
Impulsuitgang
De genormeerde impulsuitgang (passief) is naar keuze uitgevoerd als
NAMUR-contact (DIN
19234) of standaard optokoppelaar
(U
H
= 16 ... 30 V DC). De interne weerstand bij open contact > 10 k
Ω
NAMUR. De impulsbreedte is in te stellen tussen 5 en 256 ms, maar
bedraagt echter max. 50 % van de periodeduur. Max. frequentie f
max
= 50 Hz.
2.
Verzamelalarm
Fouttoestanden van het apparaat en "Min."/"Max." alarmen worden
verzameld uitgegeven. Kan als maak- of verbreekcontact worden
geprogrammeerd.
3.
"Min./Max." alarm
Kan als maak- of verbreekcontact worden geprogrammeerd.
4.
Geen functie (af fabriek ingesteld)
De uitgang heeft geen functie.
De volgende grenswaarden zijn van toepassing:
Max. toelaatbare schakelstroom 15 mA
Min. uitgangsspanning U
S
2 V DC
U
S
= spanning van de hulpenergiebron
Demping
In te stellen tussen 1 en 100 s, komt overeen met 5
τ
.
Uitschakeling van de voor-/naloophoeveelheid
0 ... 5 % voor stroom- en impulsuitgang.
Functietests
Het is mogelijk enkele interne modules te controleren door interne
functietests uit te voeren. Voor de inbedrijfstelling en controle kan de
stroomuitgang overeenkomstig eigen gekozen debietwaarden
worden gesimuleerd (handmatige procesgeleiding). Ook de binaire
uitgang kan direct worden aangestuurd om functies te controleren.
Stroomuitgang bij alarm
Instelling van de stroomuitgang in geval van een alarm via het menu-
item "I out bij alarm" op 21 ... 23 mA (NAMUR NE43).